De voorzitter opent de zitting op 22/09/2022 om 19:30.
Voor de aanvang van de zitting wordt aan de inwoners de mogelijkheid gegeven om vragen te stellen van 19.00 uur tot 19.30 uur.
Juridisch kader
Juridisch kader :
Koninklijk besluit van 1 december 1975 houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer [en van het gebruik van de openbare weg] (WEGCODE)
De nieuwe gemeentewet van 24 juni 1988, in het bijzonder artikel 119 dat de bevoegdheid tot het vaststellen gemeentelijke politieverordeningen bij de gemeenteraad legt.
De wet van 5 augustus 1992 op het politieambt., in het bijzonder artikel 30 met betrekking tot inbeslagname.
De wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties.
Het decreet van 22 december 2017, in het bijzonder artikel 40 dat de bevoegdheid tot het vaststellen van reglementen bij de gemeenteraad legt.
Het Algemeen Politiereglement van de Politiezone Hamme Waasmunster zoals goedgekeurd in gemeenteraadszitting van 23 juni 2021.
Motivering :
Het Algemeen Politiereglement Politiezone Hamme/Waasmunster dient aangepast te worden naar aanleiding van enkele bemerkingen vanwege de provincie Oost-Vlaanderen, alsook worden enkele foute verwijzingen (verkeersborden/wegcode) aangepast.
Het advies van de politieraad van 21 juni 2022.
Het advies van de jeugdraad van 12 september 2022.
Artikel 1: Keurt goed het Algemeen Politiereglement Politiezone Hamme/Waasmunster zoals hieronder beschreven.
Artikel 2: Het Algemeen Politiereglement Politiezone Hamme/Waasmunster zoals goedgekeurd in de gemeenteraad in zitting van 23 juni 2021 wordt opgeheven.
Artikel 3: Dit reglement treedt in werking op 1 oktober 2022.
Artikel 1
§1. Dit reglement geldt met behoud van de toepassing van enige andere wetgeving.
§2. Overtredingen van de bepalingen zoals die zijn beschreven:
vallen onder de toepassing van de gemeentelijke administratieve sancties, volgens de modaliteiten bepaald in de wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties en volgens hoofdstuk 4 van dit reglement.
§3. Het opleggen van een administratieve sanctie is onderworpen aan de procedurevoorschriften zoals voorzien in de wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties.
§4. Alle schriftelijke toestemmingen van het lokaal bestuur of andere instanties moeten op eenvoudig verzoek kunnen voorgelegd worden aan de politie en aan de aangestelde ambtenaar.
§5. Voor alle artikelen in dit reglement, waarin geluidsnormen worden opgelegd, gelden de bepalingen uit VLAREM II, hoofdstukken 4.5, 5.32 en 6.7.
Artikel 1bis
Gerucht, rumoer: Gezang, geroep, muziek of om het even welk lawaai dat zonder noodzaak wordt veroorzaakt of te wijten is aan een gebrek aan voorzorg.
Overdag: Periode van 07.00u tot 19.00u.
Avond: Periode van 19.00u tot 22.00u.
Nacht: Periode van 22.00u tot 07.00u.
Openbaar domein:
De openbare weg: dat gedeelte van het gemeentelijk grondgebied bestemd voor het verkeer van personen en/of voertuigen en dat voor iedereen toegankelijk is binnen bij de wetten, besluiten en reglementen bepaalde perken, de verkeerswegen, met inbegrip van bermen, fietspaden, voetpaden, voetwegen en grachten;
De plaatsen die ingericht zijn als aanhorigheden van de verkeerswegen en die onder meer bestemd zijn voor het stationeren van voertuigen, voor parken en plantsoenen en de plaatsen die toegankelijk zijn voor het publiek.
Alle andere gedeelten van het gemeentelijk patrimonium die voor iedereen toegankelijk zijn binnen de bij wetten, decreten, besluiten en reglementen bepaalde perken.
Muziek: Alle vormen van muziekemissie voortkomend van blijvende of tijdelijke geluidsbronnen.
Artikel 2
Elk gerucht of rumoer dat overdag, zonder noodzaak wordt veroorzaakt of te wijten is aan een gebrek aan voorzorg en dat van aard is de rust te verstoren, is verboden.
Het bewijs van geluidsoverlast kan met alle mogelijke middelen geleverd worden.
Artikel 3
Wordt niet als hinderlijk aangezien, het geluid dat:
Artikel 4: Werkzaamheden en hanteren van goederen
Iedereen die een beroep uitoefent of een handel exploiteert waarbij gebruik gemaakt wordt van toestellen die buitengewoon luidruchtig zijn en van aard om de rust van de omgeving te storen, kunnen verplicht worden die toestellen te gebruiken onder de door de burgemeester vastgestelde voorwaarden, die tot doel hebben de geruchten of het lawaai te beperken, zowel qua intensiteit als qua tijd.
Artikel 5: Voortbrengen van geluid voor het maken van reclame en publiciteit
Het aanwenden van fluiten, sirenes, bellen, muziek, geluidsverwekkende hulpmiddelen door handelsinrichtingen, bewegende verkoopsinrichtingen, venters of leurder, opkopers van oude of nieuwe voorwerpen en dienstverleners, met het doel de aandacht te vestigen op de verkoop van een product of het verlenen van een dienst is enkel geoorloofd overdag. Het gebruik is onderworpen aan een voorafgaande schriftelijke toelating van de burgemeester of zijn afgevaardigde. Het gebruik van deze toestellen is steeds verboden op zon- en feestdagen. Hierop wordt een uitzondering gemaakt , zelfs op zon- en feestdagen, voor ijsventers tot 22.00u.
Artikel 6: Voertuigen met luidsprekers
Het gebruik van luidsprekers of een radio-installatie die met het oog op het maken van reclame of propaganda, aangebracht zijn op of in voertuigen is onderworpen aan een voorafgaande schriftelijke toelating van de burgemeester of zijn afgevaardigde. In deze toelating kunnen bijzondere voorwaarden worden opgelegd.
Artikel 7: Muziek
§1. Voor alle muziekactiviteiten, ongeacht hun locatie, gelden de regels opgenomen in VLAREM II. Het college van burgemeester en schepenen kan geval per geval strengere normen en bijkomende voorwaarden opleggen.
§2. Straatmuzikanten moeten geen voorafgaande machtiging bekomen hebben om op te treden, op voorwaarde dat:
§3. Het is verboden muziek in voertuigen te produceren die hinderlijk hoorbaar is buiten het voertuig. Er wordt enkel een uitzondering toegestaan voor voertuigen voor reclame en publiciteit, zoals opgenomen in artikel 4 en 5 van dit reglement.
Artikel 8: Werktuigen
§1. Onverminderd artikel 3 is het gebruik van werktuigen aangedreven door ontploffingsmotoren of elektrische motoren verboden tussen 20.00u en 08.00u. Op zondagen en wettelijke feestdagen is het gebruik van dergelijke werktuigen volledig verboden, behalve voor grasmaaiers, waarvan het gebruik op zon- en feestdagen tussen 10.00u en 12.00u geoorloofd is.
§2. De verbodsbepalingen in dit artikel zijn niet van toepassing op de normale exploitatie en bedrijfsuitoefening van alle ondernemingen die over de vereiste vergunningen beschikken.
Artikel 9: Vuurwerk, voetzoekers, carbuurkanonnen, wensballonnen en vogelschrikkanonnen
§1. De gemeente kan voor uitzonderlijke gebeurtenissen vooraf de toestemming verlenen om op een beperkt aantal plaatsen en gedurende een beperkte periode vuurwerk af te steken, voetzoekers te laten ontploffen of carbuurkanonnen af te vuren. De gemeente bepaalt de voorwaarden voor het aanvragen en afleveren van die toestemming. Het is te allen tijde verboden wensballonnen op te laten.
§2. Het gebruik van al dan niet automatische vogelschrikkanonnen of gelijksoortige toestellen, met inbegrip van toestellen die, al dan niet elektronisch verstrekt het geluid laten horen van krijsende vogels, om vogels te verjagen ter bescherming van de akkerbouw, tuinbouw en fruitteelt is enkel toegestaan mits voorafgaande schriftelijke toelating van de burgemeester. De aanvraag moet gemotiveerd worden en moet de beoordeling van de mogelijke hinder van de installatie mogelijk maken. In de toelating kunnen bijzondere voorwaarden worden opgelegd.
§3. De toelating kan worden geschorst of ingetrokken indien de toelatingsvoorwaarden niet worden nageleefd of het bestaan van overmatige hinder wordt vastgesteld.
Artikel 10: Lawaai door dieren
Dieren mogen geen abnormale hinder veroorzaken voor de omwonenden door aanhoudend geblaf, geschreeuw of gekrijs. Derhalve zijn de houders van dieren verplicht hun dieren op een degelijke wijze onderdak en verzorging te verlenen. De houders van de dieren waarvan het geluid de rust van de omwonenden stoort of als overdreven hinderlijk kan beschouwd worden, zijn strafbaar.
Artikel 11
Het is verboden op het openbaar domein en op plaatsen die voor het publiek toegankelijk zijn, een activiteit uit te oefenen die de openbare veiligheid of de veilige en vlotte doorgang in het gedrang kan brengen.
Artikel 12
Het is verboden fietsen, bromfietsen en andere voertuigen te plaatsen voor de ingangen van private woningen.
Artikel 13
Iedere manifestatie, optocht, meeting, voordracht en toespraak op een openbare plaats is onderworpen aan een toelating van de gemeente. De houders van deze toelating moeten zich schikken naar de voorwaarden opgenomen in dit toelatingsbesluit en de bevelen van de politie. Eenzelfde toelating is vereist voor meetings in huizen of lokalen gericht tot of hoorbaar door het publiek dat zich op de openbare weg bevindt. Deelname aan een manifestatie waarvoor geen toelating werd gegeven is strafbaar.
Artikel 14
§1. Het dragen van vermommingen is verboden gedurende iedere manifestatie.
§2. Enkel tijdens jeugdwerkactiviteiten, de vieringen van carnaval of middels toelating van het college van burgemeester en schepenen naar aanleiding van specifieke festiviteiten is het toegelaten zich te maskeren of te vermommen.
§3. Gemaskerde en vermomde personen zijn verplicht zich te identificeren en hun vermommingen te verwijderen op het eerste verzoek van de politie.
Artikel 15
Het is verboden:
Artikel 16
Het gemeentebestuur duidt de nummering van de gebouwen aan; enkel het door het gemeentebestuur aangeduide nummer mag door de bewoner of eigenaar worden aangebracht. Eigen nummering mag niet aangebracht worden. Wordt door de bewoner of eigenaar het aangeduide nummer niet aangebracht dan zal het gemeentebestuur zelf het nummer aanbrengen op kosten en risico van de betrokkene.
Artikel 17
De eigenaar en gebruiker van een gebouw moet op de gevel ervan, of afsluitingsmuren langsheen de openbare weg gelegen, de plaatsing door het gemeentebestuur dulden van straatnaamborden, verkeersborden, houders van leidingen van openbaar net en veiligheid of andere toestellen van openbaar belang. Hij zal er alle vereiste werken aan laten uitvoeren.
Artikel 18
De eigenaar of gebruiker van een gebouw moet, indien de afbraak of verandering ervan de verplaatsing nodig maakt van een toestel van openbaar nut, op voorhand de burgemeester en de eigenaar of exploitant ervan verwittigen.
Artikel 19
Het is verboden de straatnaamborden, huisnummers of elke andere aanduiding van openbaar belang te bedekken, weg te nemen, te veranderen of te beschadigen en de uithangborden en plakbrieven af te rukken, ze te bevuilen of onleesbaar te maken.
Artikel 20
Elk privaat gebruik van de openbare weg is verboden zonder voorafgaande toelating van de bevoegde overheid.
Artikel 21
Het plaatsen van tafels, banken, stoelen, koopwaren of andere voorwerpen op de openbare weg is verboden, tenzij voorafgaande schriftelijke vergunning van het college van burgemeester en schepenen.
Artikel 22
Terrassen en uitstallingen geplaatst zonder vergunning of in strijd met de bepalingen van de vergunning worden beschouwd als een wederrechtelijke inname van de openbare weg. Deze moeten op politiebevel onmiddellijk worden verwijderd. Indien aan het bevel geen gevolg wordt gegeven, zullen zij ambtshalve, op kosten en risico van hun eigenaar en/of gebruikers worden weggenomen.
Artikel 23
Het is verboden zonder machtiging van de beheerder van de weg en van het gemeentebestuur op privé-initiatief op of over de openbare weg, toestellen of andere verbindingen aan te brengen.
Artikel 24
De politie kan van rechtswege en op kosten van de overtreder alle private voorwerpen van de openbare weg verwijderen als ze de veiligheid bedreigen, de doorgang hinderen of zonder voorafgaande toelating werden aangebracht.
Artikel 25
De inname van het openbaar domein voor het uitvoeren van werken op last van particulieren is in principe verboden. Het college van burgemeester en schepenen kan hiervoor wel een vergunning toestaan.
Artikel 26
Bij inname van het openbaar domein voor het uitvoeren van werken dienen de werken onmiddellijk na het plaatsen van schutsels, hekken of stellingen aangevangen te worden en zonder onderbreking voortgezet ten einde binnen de kortst mogelijke tijd voltooid te zijn. In geval van onderbreking van de werken zullen de afsluitingen weggenomen worden of op de lijnrichting herplaatst worden zodat zij het verkeer niet belemmeren.
Artikel 27
Het is verboden, hetzij van boven, hetzij van binnen, uit de huizen puin- of bouwstoffen op het openbaar domein, in de riool of in de waterlopen te werpen. Deze moeten met zorg beneden gelaten worden en zodanig tegen het gebouw of tegen het schutsel gelegd worden dat het verkeer niet belemmerd wordt. Voor het invallen van de duisternis zullen deze weggenomen worden. De voertuigen die de bouwmaterialen aanbrengen of aarde en steengruis weghalen moeten binnen de omheining van de eigendom rijden. Waar dit onmogelijk is, moeten zij langs het gebouw, maar nooit dwars over de openbare weg worden geplaatst.
Artikel 28
Afsluitingen, hekken, stellingen of containers op het openbaar domein moeten behoorlijk verlicht worden, van zonsondergang tot zonsopgang op kosten en verantwoordelijkheid van de plaatser.
Artikel 29
Onmiddellijk na de voltooiing van het grof werk en het onder dak brengen van de gebouwen langsheen de openbare weg moet de aannemer de afsluitingen, hekken of stellingen doen wegnemen en het gedeelte van de openbare weg, door de werk- en bergplaatsen ingenomen, helemaal zuiveren van bouwmaterialen, steengruis of vuilnis. Hij moet de weg voor het openbaar verkeer heropenen en in zijn vorige staat brengen op zijn kosten. Hetzelfde zal gebeuren in geval van onderbreking van de werken. Bouwmaterialen of puin die binnen de bepaalde tijd niet zijn weggehaald kunnen op politiebevel van ambtswege worden weggevoerd op kosten van de aannemer of de eigenaar.
Artikel 30
Het gemeentebestuur mag te allen tijde tijdens de duur van de werken nazicht uitoefenen en daartoe afgevaardigden aanstellen. De eigenaars, aannemers of hun aangestelde zullen bij dit nazicht hun medewerking moeten verlenen. Indien vastgesteld wordt dat er is afgeweken van de voorwaarden door dit reglement bepaald of in de toelating gesteld, indien het gebruikte materiaal van gelijk welke aard bestemd voor de opbouw of dienstig voor de herstellingen of anderzijds de vereiste hoedanigheid om waarborgen tegen ongevallen te bieden, niet bezit, zullen de werken onmiddellijk stop gezet worden. De verantwoordelijke van de gemeente zal daarvan verslag opmaken en voor uitspraak aan de burgemeester voorleggen.
Artikel 31
Wanneer er langs de openbare wegen grachten gelegen zijn die dienen overwelfd te worden, dan kan deze slechts overwelfd worden na machtiging van de bevoegde overheid.
Artikel 32: Verkeer van dieren
§1. Het is verplicht de hond vanwaar men eigenaar is of waarover men de feitelijke bewaking heeft aan de leiband te houden aan het volledig openbaar domein, in bossen en natuurreservaten; met uitzondering van hulphonden en diensthonden en op hondenloopzones ingericht door het gemeentebestuur.
§2. Het is verboden kwaadaardige of woeste dieren te laten rondlopen op gedeelten van niet afgesloten private eigendommen om de toegang van de woning te bereiken.
Artikel 33: Plaatsen waar manifestaties en vertoningen plaats hebben
Het maximum toegelaten personen moet, volgens de door de overheid voorgeschreven wijze, zichtbaar worden aangebracht aan de hoofdingang van het gebouw of van het evenement. De exploitant van het gebouw en de inrichter van de manifestatie zijn verplicht op de maximaal toegelaten personen controle te houden.
Artikel 34: Verplichtingen van de burger in geval van brand
§1. Brandmonden gelegen in een openbare plaats moeten steeds vrij blijven voor gebruik en gemakkelijk toegankelijk gehouden worden.
§2. Personen die niet noodzakelijk zijn voor het bestrijden van brand of van andere gevaren moeten zich verwijderen op verzoek van de politie of de brandweer.
Artikel 35: Bestrijden van sneeuw en ijs
§1. Bij vriesweer is het verboden, om welke reden ook, water op de openbare weg te gieten of te laten vloeien.
§2. Bij ijzel zijn de inwoners verplicht op het trottoir langsheen de woning of het pand zand, as, zaagsel of een andere slipwerende stof te strooien, zodat het veilig verkeer van de voetgangers verzekerd is.
§3. Bij sneeuw zullen zij zo spoedig mogelijk het trottoir van sneeuw of ijs ontdoen. Bij overmacht wanneer uit oorzaak van hevige vorst de aangevroren sneeuw niet met gewone middelen te verwijderen is, zal voor de gladde trottoirs op dezelfde wijze gehandeld worden als bij ijzel.
§4. De inwoners zorgen ervoor dat de weggeruimde sneeuw of het ijs, naar de uiterste rand van het voetpad of de stoep wordt gebracht, zodat er voor de voetgangers voldoende ruimte overblijft en er tevens voldoende openingen aanwezig zijn voor het afvloeien van het dooiwater. Er moet op gelet worden dat de brandkranen en rioolputten vrij blijven. Bij een te smal voetpad of stoep zal de sneeuw of ijs op de weg opgehoopt worden, zo dicht mogelijk bij de boordsteen van het voetpad of de stoep, maar op die wijze dat de greppels en rioolmonden vrij blijven.
§5. Voor de openbare gebouwen berust de uitvoering van de verplichtingen vermeld onder §1 tot §4 van dit artikel bij de huisbewaarders of portiers en voor de huizen door verschillende gezinnen bewoond, dienen deze verplichtingen uitgevoerd door de bewoners van het gelijkvloers langs de straatzijde. Bij ontstentenis van bewoning op het gelijkvloers, dient de verplichting uitgevoerd te worden door de bewoners van de hoger gelegen verdieping.
Artikel 36: Snoeien van bomen en planten op eigendommen langs de openbare weg
De gebruiker of de eigenaar van een onroerend goed is verplicht iedere boom of plant te snoeien zodat geen enkele tak ervan:
1° Op minder dan 4.50m van de grond boven de rijbaan hangt.
2° Op minder dan 2.50m van de grond boven de gelijkgrondse berm of boven het voetpad hangt.
3° De stabiliteit van de installaties voor openbare verlichting in het gedrang brengt of het uitgestraalde licht ervan in belangrijke mate verhindert.
4° Het normale uitzicht op de openbare weg belemmert in de nabijheid van bochten en kruispunten.
5° De zichtbaarheid van verkeersborden in het gedrang brengt.
Artikel 37
§1. De eigenaars, bezitters of bewakers van dieren zijn ertoe gehouden te voorkomen dat openbare plaatsen (met uitzondering van speciaal daartoe ingerichte plaatsen), huisdrempels of gevels bevuild worden door hun dieren.
§2. De begeleider of eigenaar van het dier is verplicht de uitwerpselen of enige andere bevuiling door het dier, ook in de hondentoiletten, onmiddellijk te verwijderen en het bevuilde te reinigen. De uitwerpselen van honden mogen alleen worden gedeponeerd in de gemeentelijke afvalkorven of meegegeven worden met het restafval.
§3. Visueel gehandicapten en andere mindervaliden die gebruik van een hond als begeleider vallen niet onder de toepassing van de vorige bepalingen.
Artikel 38: Reinigen van de openbare weg
§1. De hoofdbewoner, hoofdgebruiker of de bewoner van de benedenverdieping van ieder gebouw of ander onroerend goed moet instaan voor de reinheid van de aangelegde berm en het trottoir voor het eigendom dat hij bezit, gebruikt of bewoont. Bij ontstentenis van bewoning op het gelijkvloers, dient de verplichting uitgevoerd te worden door de bewoners van de hoger gelegen verdieping. Deze dienen in zodanige staat te worden onderhouden dat het gebruik ervan door de voetgangers op geen enkele wijze gehinderd wordt, zelfs niet door onkruid of gewassen die op zijn grond staan. Voor leegstaande gebouwen en bij onbebouwde percelen rust deze verplichting op de eigenaar.
§2. Het is verboden de aangelegde bermen en voetpaden te reinigen tussen 22.00u en 07.00u.
§3. Iedereen die, op om het even welke wijze, de openbare weg heeft bevuild of laat bevuilen, zelfs onrechtstreeks, moet er voor zorgen dat deze onverwijld opnieuw proper gemaakt wordt. Onverminderd de bij dit reglement voorziene straffen kan het gemeentebestuur op kosten van de overtreder de voorwerpen doen weghalen die zouden neergelegd, geworpen of achtergelaten zijn op de openbare weg.
Artikel 39: Afval en voorwerpen op het openbaar domein
§1. Het is verboden zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de burgemeester vuilnis en alle soorten afval te bewaren, te storten en/of achter te laten op het openbaar domein, behalve op de daartoe door de bevoegde overheid aangeduide plaatsen en wijze. Huisvuil mag pas de dag voor de afhaling vanaf 20.00u en tot de afhandeling zelf worden buiten gezet.
§2. Het is verboden te urineren en uitwerpselen achter te laten op het openbaar domein of op publiek toegankelijke plaatsen, behalve in de daartoe ingerichte voorzieningen.
§3. Alle overblijfselen en ingrediënten van het wassen of reinigen van voertuigen, zoals modder, vet, olie, aarde, zeep of andere schoonmaakproducten en detergenten moeten zorgvuldig van de openbare weg verwijderd worden.
Artikel 40
Het is verboden, behoudens in geval van gerechtvaardigde reden, de bevelen of richtlijnen van een politieambtenaar, gegeven in het kader van het handhaven of herstel van de openbare rust, veiligheid, gezondheid, zindelijkheid of gegeven in het kader van de bestrijding of voorkoming van overlast, niet na te leven.
Artikel 41: Woonwagens
Zij die in woonwagens verblijven mogen slechts de tijd, nodig voor de doortocht op het grondgebied van de gemeente verblijven met een maximum van 12 uur, tenzij de burgemeester hiervoor een afwijking toelaat.
Artikel 42: Verhuizingen
Geen verhuizing mag plaats hebben tussen 22.00u en 07.00u tenzij bij dringende noodzakelijkheid en wanneer de lokale politie hiervan vooraf in kennis werd gesteld
Artikel 43: Schadelijke middelen
§1. Het is verboden schadelijke middelen (zoals lachgas) te verhandelen of te bezitten indien de handel of het bezit gericht is op het oneigenlijk gebruik van de middelen met als doel het opwekken van een roeseffect, dit met een ongewenst effect op de openbare orde als gevolg.
§2. De politiediensten nemen capsules, cilinders, patronen en flessen alsook alle materialen die worden gebruikt bij het inhaleren van deze gassen/middelen in beslag met het oog op vernietiging, overeenkomstig de bepalingen van artikel 30 van de wet op het politieambt van 5 augustus 1992.
§3. Onverminderd de toepassing van de gemeentelijke administratieve sancties, worden de schadelijke middelen waarvan sprake in voorgaande bepalingen door de politie in beslag genomen.
§4. De politiediensten zijn belast met het toezicht op de naleving van de verordening en de inbeslagname. De gemeente staat in voor de stockage van de bestuurlijk in beslag genomen goederen en de vernietiging ervan bij besluit van de burgemeester. De kosten voor de stockage en de vernietiging vallen ten laste van de overtreder.
Artikel 44: Zwemmen
Het is verboden om te zwemmen in voor het publiek toegankelijke waterlopen, vijvers en plassen.
Artikel 45: Afsluitingen en onderhoud van private percelen
Onverminderd de bepalingen van huidig reglement is het verboden langsheen de openbare weg omheiningen aan te brengen of in stand te houden in prikkeldraad, tenzij deze afsluitingen door een boordgracht of een zijberm van minstens 1,50 m gescheiden zijn van elke rijbaan, fietspad, voetpad of begaanbare berm.
Artikel 46 (artikel 461 en 463 van het strafwetboek)
Hij die een zaak die hem niet toebehoort, bedrieglijk wegneemt, is schuldig aan diefstal.
Artikel 47 (artikel 526 van het strafwetboek)
Het is verboden grafstenen, gedenktekens, monumenten, standbeelden of andere voorwerpen die tot algemeen nut of tot openbare versiering bestemd zijn en door de bevoegde overheid of met haar machtiging zijn opgericht, te vernielen, neer te halen, te verminken of te beschadigen.
Artikel 48 (artikel 534bis van het strafwetboek)
Het is verboden om, zonder toestemming graffiti aan te brengen op roerende of onroerende goederen.
Artikel 49 (artikel 534ter van het strafwetboek)
Het is verboden om opzettelijk andermans onroerende eigendommen te beschadigen.
Artikel 50 (artikel 537 van het strafwetboek)
Het is verboden om kwaadwillig een of meer bomen om te hakken of zodanig te snijden, te verminken of te ontschorsen dat ze vergaan. Het is eveneens verboden enten te vernielen.
Artikel 51 (artikel 545 van het strafwetboek)
Het is verboden om grachten geheel of ten dele te dempen, levende of dode hagen uit te rukken of af te hakken, landelijke of stedelijke afsluitingen te vernielen en grenspalen, hoekbomen of andere bomen geplant of erkend om grenzen tussen verschillende erven te bepalen, te verplaatsen of te verwijderen.
Artikel 52 (artikel 559, 1° van het strafwetboek)
Het is verboden om opzettelijk andermans roerende goederen te beschadigen of te vernielen.
Artikel 53 (artikel 561, 1° van het strafwetboek)
Het is verboden zich schuldig te maken aan nachtgerucht of nachtrumoer waardoor de rust van de inwoners kan gestoord worden.
Artikel 54 (artikel 563, 2° van het strafwetboek)
Het plegen opzettelijk beschadigen van stedelijke of landelijke afsluitingen, uit welke materialen ook gemaakt, is strafbaar als lichte inbreuk.
Artikel 55 (artikel 563, 3° van het strafwetboek)
Het plegen van feitelijkheden of lichte gewelddaden tegenover een andere persoon is strafbaar als lichte inbreuk wanneer er niemand gewond of geslagen werd en wanneer de feitelijkheden niet tot de klasse van beledigingen behoren. Ook het opzettelijk werpen van voorwerpen die anderen kunnen hinderen of bevuilen is strafbaar.
Artikel 56 (artikel 563bis van het strafwetboek)
Elkeen die zich in de voor publiek toegankelijke plaatsen begeeft met het gezicht geheel of gedeeltelijk bedekt of verborgen, zodat hij/zij niet herkenbaar zijn, is strafbaar.
Artikel 57 (artikel 398 van het strafwetboek)
Het opzettelijk toebrengen van verwondingen of slagen is strafbaar .
Artikel 58 (artikel 448 van het strafwetboek)
Het is strafbaar om iemand te beledigen, hetzij door geschriften, prenten of zinnebeelden in de omstandigheden bepaald in artikel 444 van het strafwetboek.
Artikel 59 (artikel 521, 3° van het strafwetboek)
Gehele of gedeeltelijke vernieling of onbruikbaarmaking, met het oogmerk om te schaden, van rijtuigen, wagons en motorvoertuigen zijn strafbaar als zware inbreuk.
Artikel 60 (art. 22bis, 4° van de wegcode)
Binnen de woonerven en de erven, is het parkeren verboden, behalve:
Artikel 61 (art. 22ter.1, 3° van de wegcode)
Op de openbare wegen voorzien van verhoogde inrichtingen, die aangekondigd zijn door de verkeersborden A14 en F87, of die op de kruispunten alleen aangekondigd zijn door de verkeersborden A14, of die gelegen zijn binnen een zone afgebakend door de verkeersborden F4a en F4b, is stilstaan en parkeren verboden op deze inrichtingen, behoudens plaatselijke reglementering.
Artikel 62 (art.22 sexies 2 van de wegcode)
In voetgangerszones is het parkeren verboden.
Artikel 62 bis (art. 23.1, 1° van de wegcode)
Elk stilstaand of geparkeerd voertuig moet worden opgesteld rechts ten opzichte van zijn rijrichting. Indien het een rijbaan is met éénrichtingsverkeer, mag het evenwel langs de ene of langs de andere kant opgesteld worden.
Artikel 63 (art. 23.1, 2° van de wegcode)
Elk stilstaand of geparkeerd voertuig moet worden opgesteld:
Artikel 64 (art. 23.2, lid 1, 1) tot 3) en art. 23.2 lid 2 van de wegcode)
Elk voertuig dat volledig of ten dele op de rijbaan opgesteld is, moet geplaatst worden:
1° zover mogelijk van de aslijn van de rijbaan;
2° evenwijdig met de rand van de rijbaan, behoudens bijzondere plaatsaanleg;
3° in één enkele file.
Motorfietsen zonder zijspan of aanhangwagen mogen evenwel haaks op de rand van de rijbaan parkeren voor zover zij daarbij de aangeduide parkeermarkering niet overschrijden.
Artikel 65 (art. 23.3 van de wegcode)
Fietsen en tweewielige bromfietsen moeten buiten de rijbaan en de parkeerzones bedoeld in artikel 75.2 van het koninklijk besluit van 1 december 1975 houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg opgesteld worden zonder het verkeer van de andere weggebruikers te hinderen of onveilig te maken, behalve op plaatsen gesignaleerd zoals voorzien in artikel 70.2.1.3°.f van het koninklijk besluit van 1 december 1975 houdende algemeen reglement op de politíe van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg.
Artikel 66 (art. 23.4 van de wegcode)
Motofietsen mogen buiten de rijbaan en de parkeerzones bedoeld in artikel 75.2 van het koninklijk besluit van 1 december 1975 houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer van het gebruik van de openbare weg opgesteld worden zonder het verkeer van de andere weggebruikers te hinderen of onveilig te maken.
Artikel 67 (art. 24, lid 1, 2°, 4° en 7° tot 10° van de wegcode)
Het is verboden een voertuig te laten stilstaan of te parkeren op elke plaats waar het duidelijk een gevaar zou kunnen betekenen voor de andere weggebruikers of waar het hun onnodig zou kunnen hinderen, inzonderheid:
Artikel 68 (art. 25.1 1°, 2°, 3°, 5°, 8°, 9°, 10°, 11°, 12°, 13° van de wegcode)
Het is verboden een voertuig te parkeren:
Artikel 69 (art. 27.1.3 van de wegcode)
Het is verboden onjuiste aanduidingen op de schijf te laten verschijnen. De aanduidingen van de schijf mogen niet gewijzigd worden voordat het voertuig de parkeerplaats verlaten heeft.
Artikel 70 (art. 27.5.1, 27.5.2 en 27.5.3 van de wegcode)
Het is verboden op de openbare weg motorvoertuigen die niet meer kunnen rijden en aanhangwagens langer dan vierentwintig uur na elkaar te parkeren.
Binnen de bebouwde kommen is het verboden op de openbare weg auto's, slepen en aanhangwagens met een maximale toegelaten massa van meer dan 7,5 ton langer dan acht uur na elkaar te parkeren, behalve op de plaatsen waar het verkeersbord E9a, E9c of E9d is aangebracht.
Het is verboden op de openbare weg reclamevoertuigen langer dan drie uur na elkaar te parkeren.
Artikel 71 (art. 27bis van de wegcode)
Het niet hebben aangebracht van de speciale kaart bedoeld in artikel 27.4.3 van het koninklijk besluit van 1 december 1975 houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg of het door artikel 27.4.1 van hetzelfde besluit hiermee gelijkgesteld document op de binnenkant van de voorruit of, als er geen voorruit is, op het voorste gedeelte van het op een voorbehouden parkeerplaats voor personen met een handicap geparkeerde voertuig.
Artikel 72 (art. 70.2.1 van de wegcode)
Verkeersborden E1, E3, E5, E7 en van type E9 betreffende het stilstaan en het parkeren niet in acht nemen.
Artikel 73 (art. 70.3 van de wegcode)
Het verkeersbord E11 niet in acht nemen.
Artikel 74 (art. 77.4 van de wegcode)
Het stilstaan of parkeren is verboden op markeringen van verkeersgeleiders en verdrijvingsvlakken.
Artikel 75 (art. 77.5 van de wegcode)
Het stilstaan of parkeren is verboden op witte markeringen bedoeld in artikel 77.5 van het koninklijk besluit van 1 december 1975 houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg die de plaatsen afbakenen waar de voertuigen moeten staan.
Artikel 76 (art. 77.8 van de wegcode)
Het stilstaan of parkeren is verboden op de dambordmarkering die bestaat uit witte vierkanten die op de grond zijn aangebracht.
Artikel 77 (art. 68.3 van de wegcode)
Het niet in acht nemen van het verkeersbord C3 wanneer deze inbreuken vastgesteld worden door automatisch werkende toestellen.
Artikel 78 (art. 71 van de wegcode)
Het niet in acht nemen van het verkeersbord F103 wanneer deze inbreuken vastgesteld worden door automatísch werkende toestellen.
Artikel 79 (art. 24, lid 1, 1°, 2°, 4°, 5° en 6° van de wegcode)
Het is verboden een voertuig te laten stilstaan of te parkeren op elke plaats waar het duidelijk een gevaar zou kunnen betekenen voor de andere weggebruikers of waar het hun onnodig zou kunnen hinderen, inzonderheid:
Artikel 80 (art. 25.1, 4°, 6°, 7° van de wegcode)
Het is verboden een voertuig te parkeren:
Artikel 81 (art. 25.1, 14° van de wegcode)
Het is verboden een voertuig te parkeren op de parkeerplaatsen gesignaleerd zoals voorzien in artikel 70.2.1.3°, c van het koninklijk besluit van I december 1975 houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg behalve voor de voertuigen gebruikt door personen met een handicap die in het bezit zijn van een speciale kaart zoals bedoeld in artikel 27.4.1 of 27.4.3 van het koninklijk besluit van 1 december 1975 houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg.
Artikel 82
Een inbreuk op dit reglement kan gesanctioneerd worden met één van volgende sancties:
Artikel 83
De administratieve geldboete bedoeld in artikel 82 van dit reglement wordt opgelegd door de sanctionerend ambtenaar.
Artikel 84
De inning van de administratieve geldboetes verloopt zoals bepaald in artikel 33 van de wet van 24 juni 2013.
Artikel 85
De onmiddellijke betaling van de administratieve geldboetes verloopt zoals bepaald in hoofdstuk 5 van de wet van 24 juni 2013.
Artikel 86
§1. De administratieve geldboetes verjaren na vijf jaar, te rekenen vanaf de datum waarop ze betaald moeten worden.
§2. Deze termijn kan gestuit worden zoals bepaald in artikel 43 van de wet van 24 juni 2013.
Artikel 87
De schorsing, de intrekking en de sluiting, bedoeld in artikel 82 van dit reglement worden opgelegd door het college van burgemeester en schepenen.
Artikel 88
De aangewezen ambtenaar verstuurt een voorafgaande verwittiging. Hierin staat dat er een inbreuk werd vastgesteld en dat een sanctie zal opgelegd worden indien de inbreuk wordt gehandhaafd of bij een volgende inbreuk. De waarschuwing moet een uittreksel bevatten van het overtreden reglement en dient per aangetekend schrijven te gebeuren.
Artikel 89
Vervolgens wordt aan de overtreder per aangetekend schrijven meegedeeld dat er aanwijzingen zijn dat er nog steeds een inbreuk is en dat het college van burgemeester en schepenen overweegt een sanctie (schorsing of intrekking van de vergunning, sluiting van de inrichting) op te leggen. Bij deze mededeling deelt men ook mee waar en wanneer het dossier kan worden ingekeken, waar en wanneer betrokkene zal worden gehoord en dat hij zich mag laten bijstaan of vertegenwoordigen door een raadsman.
Artikel 90
De administratieve sanctie is proportioneel in functie van de zwaarte van de feiten en in functie van eventuele herhaling, zonder evenwel het wettelijk voorziene maximum te overschrijden.
Artikel 91
Herhaling bestaat wanneer de overtreder reeds werd gesanctioneerd voor eenzelfde inbreuk binnen de 24 maanden voorafgaand aan de nieuwe vaststelling van de inbreuk.
Artikel 92
De vaststelling van meerdere samenlopende inbreuken op dezelfde reglementen of verordeningen geeft aanleiding tot één enkele administratieve sanctie, in verhouding tot de ernst van het geheel van de feiten.
Artikel 93
Bij samenloop van een overtreding waarvoor een administratieve geldboete voorzien is én een overtreding waarvoor een administratieve schorsing of intrekking van een door de gemeente afgeleverde toestemming of vergunning of een administratieve sluiting van een instelling, wordt alleen de schorsing, intrekking of sluiting uitgesproken.
Artikel 94
§1. De burgemeester kan een tijdelijk plaatsverbod opleggen conform artikel 134sexies Nieuwe Gemeentewet, zoals voorzien door artikel 47 van de wet van 24 juni 2013.
§2. Inbreuken op het plaatsverbod zoals bepaald in vorige paragraaf kunnen bestraft worden met een administratieve geldboete.
Artikel 95
§1. De sanctionerend ambtenaar, belast met het opleggen van de administratieve sancties krachtens artikel 119bis, §6 van de Nieuwe Gemeentewet, dient door de gemeenteraad aangewezen te worden.
§2. Deze persoon kan niet tegelijk de persoon zijn die de inbreuken vaststelt en de persoon die de bemiddelingsprocedure leidt. Hij beantwoordt aan de vastgelegde kwalificatie- en onafhankelijkheidsvoorwaarden.
Artikel 96
§1. De sanctionerend ambtenaar start de administratieve procedure op overeenkomstig artikel 25, §2 van de wet van 24 juni 2013 door middel van een per post aangetekend schrijven aan de overtreder.
§2. De overtreder wordt in kennis gesteld van de feiten die hem ten laste worden gelegd en hun kwalificatie.
§3. De overtreder ontvangt een kopie van het proces-verbaal of bestuurlijk verslag.
§4. In de kennisgeving wordt de overtreder eveneens gewezen op de mogelijkheid tot inzage van zijn dossier.
§5. De overtreder wordt eveneens gewezen op de mogelijkheid tot bijstand of vertegenwoordiging door een raadsman.
§6. De overtreder dient zijn verweerschrift, met een eventueel verzoek tot mondelinge verdediging van zijn zaak, in bij een per post aangetekende zending, te versturen binnen vijftien dagen na de datum van kennisgeving van de brief van de sanctionerend ambtenaar.
§7. Indien het een overtreding betreft die gesanctioneerd wordt met een geldboete die hoger is dan 70 euro dan kan de overtreder een verzoek indienen tot mondelinge verdediging. De sanctionerend ambtenaar kan een mondelinge verdediging voorstellen voor een overtreding die gesanctioneerd wordt met een geldboete onder de grens van 70 euro.
§8. De sanctionerend ambtenaar bepaalt in dit geval de dag waarop dit mondeling onderhoud plaatsvindt.
§9. De vader, moeder en voogden of personen die de minderjarige overtreder onder hun hoede hebben, worden eveneens per aangetekende brief op de hoogte gebracht dat een administratieve procedure geopend wordt. Deze partijen hebben dezelfde rechten als de minderjarige.
Artikel 97
De sanctionerend ambtenaar stelt de betrokkene met een aangetekend schrijven in kennis van de genomen beslissing.
Artikel 98
De beslissing van de sanctionerend ambtenaar wordt eveneens per aangetekende brief ter kennis gebracht van de minderjarige en zijn vader en moeder, zijn voogden of personen die er de hoede over hebben.
Artikel 99
De beslissing tot het opleggen van een administratieve geldboete heeft uitvoerbare kracht na het verstrijken van één maand vanaf de dag van de kennisgeving zoals bepaald in artikel 30 van de wet van 24 juni 2013, behoudens wanneer hoger beroep wordt aangetekend overeenkomstig artikel 31 van diezelfde wet.
Artikel 100
§1. De sanctionerend ambtenaar deelt binnen de vijftien dagen na ontvangst van de vaststelling van de inbreuk, bij gewone zending, aan de overtreder de gegevens mee met betrekking tot de vastgestelde feiten en de begane inbreuk, alsmede het bedrag van de administratieve geldboete.
§2. De administratieve boete wordt betaald door de overtreder binnen dertig dagen na de kennisgeving ervan, tenzij de overtreder binnen deze termijn zijn verweermiddelen bij gewone zending laat geworden aan de sanctionerend ambtenaar. De overtreder kan binnen deze termijn op zijn verzoek worden gehoord wanneer het bedrag van de administratieve geldboete hoger ligt dan 70 euro.
§3. Verklaart de sanctionerend ambtenaar de verweermiddelen niet gegrond, dan brengt hij de overtreder hiervan op een met redenen omklede wijze op de hoogte met verwijzing naar de te betalen administratieve geldboete die binnen een nieuwe termijn van dertig dagen na deze kennisgeving moet worden betaald.
§4.Wordt de administratieve geldboete niet betaald binnen de eerste termijn van dertig dagen, dan wordt, behoudens in geval van verweermiddelen, een herinnering verstuurd met uitnodiging tot betaling binnen een nieuwe termijn van dertig dagen te rekenen vanaf de kennisgeving van die herinnering.
Artikel 101
§1. In het kader van de door de wet van 24 juni 2013 toegekende bevoegdheden wordt voorzien in een bemiddelingsprocedure, voorafgaand aan de beslissing inzake het opleggen van een administratieve sanctie.
§2. Het reglement inzake lokale bemiddeling wordt opgesteld in samenwerking met Dendermonde.
Dit reglement bevat de procedures en nadere regels voor de uitvoering van de lokale bemiddeling voor minderjaren (en meerderjarige) overtreders, krachtens artikel 18, §1 (en 12, §1, 1°) van de wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties en krachtens het koninklijk besluit houdende de minimumvoorwaarden en modaliteiten voor de bemiddeling in het kader van de wet betreffende de Gemeentelijke Administratieve Sancties (GAS).
§3. Eveneens wordt voorzien in een samenwerkingsakkoord met Dendermonde.
Artikel 102
§1. Het college van burgemeester en schepenen en het parket van het arrondissement Dendermonde sluit een protocolakkoord af.
§2. Het protocolakkoord wordt bekrachtigd door de gemeenteraad en bij dit reglement toegevoegd.
§3. Het protocolakkoord wordt door het college van burgemeester en schepenen bekendgemaakt op de website van de gemeente.
Artikel 103
De minderjarige die de volle leeftijd van 16 jaar heeft bereikt op het ogenblik van de feiten, kan het voorwerp uitmaken van een administratieve geldboete, zelfs wanneer deze persoon op het ogenblik van de beoordeling van de feiten meerderjarig is geworden.
Artikel 104
De vader en moeder, voogd of personen die de minderjarige onder hun hoede hebben, zijn burgerlijk aansprakelijk voor de betaling van de administratieve geldboete.
Artikel 105
§1. Wanneer een minderjarige verdacht wordt van een inbreuk die bestraft wordt met de administratieve geldboete en de administratieve procedure in gang gezet werd, kan de minderjarige bijgestaan worden door een advocaat, aangeduid door de stafhouder van de orde van advocaten, na een schrijven van de sanctionerend ambtenaar.
§2. De advocaat kan ook aanwezig zijn tijdens de bemiddelingsprocedure.
Artikel 106
§1. De gemeente houdt één enkel bestand bij van de natuurlijke personen of rechtspersonen die op basis van het Algemeen Politiereglement Politiezone Hamme-Waasmunster en de verordeningen het voorwerp hebben uitgemaakt van een administratieve sanctie of de lokale bemiddeling zoals gedefinieerd in dit reglement. De gemeente is verantwoordelijk voor de verwerking van dit bestand.
Dit bestand is bedoeld om het beheer van de administratieve sancties en de lokale bemiddeling zoals gedefinieerd in dit reglement te verzekeren.
§2. Dit bestand bevat de volgende persoonsgegevens en informatiegegevens:
1° de naam, voornamen, geboortedatum en verblijfplaats van de personen die het voorwerp uitmaken van gemeentelijke administratieve sancties of van de lokale bemiddeling zoals gedefinieerd in dit reglement. In het geval van een minderjarige, de namen, voornamen, geboortedatum en de verblijfplaats van de ouders, voogden of personen die hem onder hun hoede hebben;
2° de aard van de gepleegde feiten;
3° de aard van de sanctie en de dag waarop deze werd opgelegd;
4° in voorkomend geval, de informatie overgezonden door de procureur des Konings in het kader van de in artikel 3 bedoelde inbreuken;
5° de sancties waartegen geen beroep meer ingesteld kan worden.
De in het eerste lid bedoelde gegevens worden gedurende vijf jaar bewaard, te rekenen vanaf de datum waarop de sanctie werd opgelegd of de alternatieve maatregel werd voorgesteld. Eens deze termijn verstreken is, worden zij hetzij vernietigd, hetzij geanonimiseerd.
§ 3. De sanctionerend ambtenaar heeft toegang tot de in §2 bedoelde persoonsgegevens en informatiegegevens.
De Koning bepaalt, bij een besluit vastgesteld na overleg in de Ministerraad, na advies van de Commissie voor de Bescherming van de Persoonlijke Levenssfeer, de andere bijzondere voorwaarden met betrekking tot de verwerking van de persoonsgegevens die vermeld worden in het register van de gemeentelijke administratieve sancties.
De gemeenteraad dient binnen de 50 dagen een advies uit te brengen m.b.t. de jaarrekeningen van de kerkfabrieken. Bij nazicht werden er geen leemten vastgesteld. De gemeente kan bijgevolg de jaarrekeningen gunstig adviseren.
Juridisch kader
Toepasselijke wetgeving:
De jaarrekeningen werden ontvangen op 26/07/2022. De gemeenteraad dient binnen de 50 dagen advies uit te brengen.
Bij nazicht werden geen grote leemten vastgesteld in de documenten.
Art 1: De jaarrekeningen over het dienstjaar 2021 van de kerkfabrieken O.L.Vrouw & SS Petrus en Paulus, St. Jan Baptist en St. Rochus worden gunstig geadviseerd.
Het decreet lokaal bestuur stelt dat er minstens voor het einde van het derde kwartaal een opvolgingsrapportering over het eerste semester van het boekjaar wordt voorgelegd aan de gemeenteraad.
Artikel 263 van het decreet lokaal bestuur schrijft voor dat de opvolgingsrapportering minstens volgende elementen dient te bevatten:
Juridisch kader
Toepasselijke wetgeving :
Het decreet lokaal bestuur.
Art. 1 : De gemeenteraad neemt akte van de opvolgingsrapportering 2022.
Artikel 177 van het Decreet Lokaal Bestuur bepaalt het volgende:
"De financieel directeur staat in volle onafhankelijkheid in voor:
1° de voorafgaande krediet- en wetmatigheidscontrole van de beslissingen van de gemeente en van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn met budgettaire en financiële impact, overeenkomstig de voorwaarden, vermeld in artikel 266 en 267;
De financieel directeur rapporteert in volle onafhankelijkheid over de volgende
aangelegenheden aan de gemeenteraad, aan de raad voor maatschappelijk welzijn, aan het
college van burgemeester en schepenen, en aan het vast bureau:
1° de vervulling van de opdrachten, vermeld in dit artikel;"
De voorwaarden waaronder de financieel directeur zijn visumplicht uitoefent werden vastgelegd door de gemeenteraad.
Er werd 1 rapport opgemaakt voor zowel gemeente als OCMW. Dit rapport wordt aan beide raden voorgelegd.
Juridisch kader
Art. 1 : De gemeenteraad neemt akte van de rapportering visumverlening financieel directeur 1e semester 2022.
Het gemeentebestuur wil bij het heffen van de algemene belasting op gezinnen zoveel mogelijk rekening houden met de gezinssituatie en de financiële draagkracht van haar inwoners en tweede verblijvers
Daarom wordt aan de gemeenteraad voorgesteld om een belastingvermindering van 65 euro in te voeren in de algemene gemeentebelasting gezinnen voor alleenstaanden en éénoudergezinnen. Aan gezinnen die ook om een andere reden een belastingvermindering of belastingvrijstelling kunnen genieten wordt steeds de hoogste vermindering of de vrijstelling toegekend. Er is geen cumulatie van verschillende belastingverminderingen of belastingvrijstellingen mogelijk.
Juridisch kader
Het belastingreglement op de algemene belasting gezinnen vastgesteld door de gemeenteraad op 19/12/2013 zoals verlengd door de gemeenteraad op 20/12/2018.
Artikelen 41, 162 en 170 §4 van de Grondwet;
Artikelen 7 tot 9 van de Programmawet van 20 juli 2006;
Het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en de gemeentebelastingen met latere aanvullingen en wijzigingen;
Omzendbrief BB 2008/07 van 18 juli 2008 met betrekking tot het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en de gemeentebelastingen;
Omzendbrief KB/ABB 2019/2 van 15 februari 2019 over de gemeentefiscaliteit;
Het gemeentebestuur voorziet een uitgebreide dienstverlening op diverse vlakken van het openbaar leven (infrastructuur, mobiliteit, wegenwerken, rioleringswerken, leefmilieu, maatschappelijke dienstverlening, vrijetijdsaanbod, veiligheidsbeleid, ruimtelijke ordening,…);
Het is verantwoord een algemene belasting gezinnen te heffen als tussenkomst van de burger in de uitgaven van de openbare dienstverlening.
Het is billijk om aan bepaalde categorieën van belastingplichtigen, rekening houdend met hun gezinssituatie of hun financiële draagkracht, een vermindering van de belasting toe te staan.
Uit opmerkingen gemaakt naar aanleiding van het Jaar van de Gehandicapten is gebleken dat het wenselijk is gezinnen met een kind dat ten minste 9 punten behaalt op de schaal van zelfredzaamheid een belastingvermindering toe te kennen;
Op 1 januari 2014 is, in toepassing van de Programmawet van 29 maart 2012, Titel II, hoofdstuk 2, afdeling 1, de hervorming van de verhoogde tegemoetkoming van de verzekering voor geneeskundige verzorging, in voege getreden. Hierdoor verdwenen de verschillende categorieën van personen die recht hebben op verhoogde tegemoetkoming en kan de Kruispuntbank Sociale Zekerheid alleen nog alle personen die recht hebben op een verhoogde tegemoetkoming meedelen;
Het is wenselijk om een belastingvermindering toe te kennen aan alle gezinnen waarvan het gezinshoofd recht heeft op een verhoogde tegemoetkoming binnen de verplichte ziekteverzekering;
Het OCMW vraagt om een belastingvrijstelling te voorzien voor de gezinnen waarvan het gezinshoofd een leefloon geniet en voor de gezinnen opgevangen in het Lokaal Opvang Initiatief.
Rekening houdend met de gezinssituatie is het billijk een belastingvermindering toe te staan aan alleenstaanden en éénoudergezinnen;
Rekening houdend met de financiële toestand van de gemeente;
Gelet op het financieel meerjarenplan is het noodzakelijk de belastinginkomsten van de algemene gemeentebelasting gezinnen te behouden om het budget ook voor de volgende jaren in evenwicht te houden;
Het Gemeentedecreet en het Decreet Lokaal Bestuur;
Het belastingreglement op de algemene belasting gezinnen vastgesteld door de gemeenteraad op 20 december 2018 wordt met ingang van 1 januari 2023 opgeheven en vervangen door navolgend belastingreglement :
Art.1 : Er wordt voor de aanslagjaren 2023 tot en met 2025 ten behoeve van de gemeente Waasmunster een jaarlijkse algemene belasting gezinnen geheven.
Art.2 : Definiëring
Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder :
1 gezin :
-hetzij een persoon die gewoonlijk alleen leeft
-hetzij een vereniging van twee of meer personen die, al dan niet door familiebanden gebonden, gewoonlijk eenzelfde woning of woongelegenheid betrekken en er samen leven.
De wijze van inschrijving in het bevolkingsregister is bepalend voor de omschrijving van het begrip "gezin".
2 referentiepersoon :
Eén van de gezinsleden ouder dan achttien jaar, die in het gezin zijn/haar eigen belangen en desgevallend die van de medegezinsleden behartigt en zich als dusdanig tegenover derden kenbaar gemaakt heeft, optreedt of gekend is.
3 kind :
- Elke persoon jonger dan 21 jaar, behorende tot het gezin met uitzondering van de referentiepersoon en diens partner.
- Verlengd minderjarigen worden als kinderen jonger dan 21 jaar aanzien
- Kinderen getroffen door een handicap van ten minste 66% of die ten minste 9 punten behalen op de schaal van zelfredzaamheid worden als 3 kinderen aanzien.
4. Alleenstaande :
Een gezin bestaande uit één persoon
5. Eénoudergezin :
Een gezin dat uitsluitend bestaat uit de referentiepersoon en één of meerdere kinderen te zijner/harer laste
Art.3 :
De algemene belasting wordt gevestigd ten laste van de referentiepersoon van :
§1. ieder gezin dat op 1 januari van het aanslagjaar is ingeschreven in het bevolkingsregister van de gemeente Waasmunster en er werkelijk verblijft. De inschrijving geldt tot bewijs van het tegendeel.
§2. ieder gezin dat op 1 januari van het aanslagjaar op het grondgebied van de gemeente om het even welke verblijfsgelegenheid in gebruik heeft of zich het gebruik ervan voorbehoudt zonder nochtans hiervoor ingeschreven te zijn in het bevolkingsregister van de gemeente.
Art.4 : Tarief
De belasting wordt vastgesteld op 130 euro per gezin.
Art. 5 : Belastingverminderingen en belastingvrijstellingen
§1. Gezinnen die op 1 januari van het aanslagjaar behoren tot één van volgende categorieën genieten een belastingvermindering van 95 euro :
A. Gezinnen met 3 kinderen jonger dan 21 jaar.
B. Gezinnen waarvan de referentiepersoon, zoals bedoeld in artikel 3, geniet van het recht op verhoogde tegemoetkoming binnen de verplichte ziekteverzekering
§2.Gezinnen die op 1 januari van het aanslagjaar behoren tot één van de volgende categorieën genieten een belastingvermindering van 65 euro :
A. Alleenstaanden
B. Eénoudergezinnen
§3.Gezinnen die op 1 januari van het aanslagjaar behoren tot één van volgende categorieën genieten belastingvrijstelling :
A. Gezinnen waarvan de referentiepersoon, zoals bedoeld in artikel 3, het leefloon geniet.
B. Gezinnen die worden opgevangen in het Lokaal Opvang Initiatief
§4. Een gezin kan slechts van 1 belastingvermindering of vrijstelling genieten. Als een gezin behoort tot meerdere in dit artikel vermelde categorieën wordt de hoogste belastingvermindering of belastingvrijstelling toegekend.
Art.6 : De belasting wordt ingevorderd bij wijze van een kohier. Het belastingkohier wordt vastgesteld en uitvoerbaar verklaard door het College van Burgemeester en Schepenen.
Art.7 : De belasting is betaalbaar binnen de twee maanden na de verzending van het aanslagbiljet.
Art.8 : De belastingschuldige of zijn vertegenwoordiger kan tegen de aanslag een bezwaarschrift indienen bij het college van burgemeester en schepenen van Waasmunster. Het bezwaar moet schriftelijk worden ingediend , ondertekend en gemotiveerd zijn en op straffe van verval worden ingediend binnen een termijn van 3 maanden te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet.
De belastingschuldige of zijn vertegenwoordiger die wenst gehoord te worden dient dit uitdrukkelijk in zijn bezwaarschrift te vragen.
Art.9 : Tegen de beslissing van het college van burgemeester en schepenen of bij gebrek aan een beslissing binnen de termijnen vermeld in artikel 9,§5 van het decreet kan beroep worden ingesteld bij de rechtbank van eerste aanleg te Gent. Artikelen 1385 decies en 1385 undecies van het Gerechtelijk Wetboek zijn van toepassing . De vormen, de termijnen en de rechtspleging voor de bevoegde rechtbanken en hoven worden geregeld zoals inzake rijksinkomstenbelastingen en gelden voor alle betrokken partijen.
Art. 10 : De bepalingen van het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen zijn van toepassing op deze belasting.
Art.11 : De bepalingen van titel VII, hoofdstukken 1, 3, 4 en 6 tot en met 9 bis van het Wetboek van de Inkomstenbelastingen en artikelen 126 tot en met 175 van het uitvoeringsbesluit van dat wetboek zijn van toepassing op deze belasting, voor zover ze niet specifiek de belastingen op de inkomsten betreffen
Art. 12 : Verwijl- en moratoriumintresten zijn toepasselijk zoals inzake directe rijksbelastingen.
Art. 13 : Dit besluit zal worden afgekondigd en bekendgemaakt overeenkomstig de bepalingen van artikelen 285 tot en met 287 van het Decreet Lokaal Bestuur.
Om efficiënter te kunnen schoonmaken in De Meermin hebben we voor de verschillende ruimtes nieuwe en diverse types van schoonmaakmachines nodig. Momenteel beschikken we over 1 schrobzuigmachine (kleine opzitter) om voornamelijk de polyvalente zaal te poetsen. Voor de schoonmaak van de sporthal is dit type eigenlijk te beperkt.
Daarom stellen we voor om 1 grotere schrobzuigmachine aan te kopen voor de sporthal en bijkomend 1 kleine schrobzuigmachine voor de burelen, bergingen en gangen van de sportruimtes (vloeren in polybeton), 1 zeer compacte machine voor de sanitaire ruimtes (vloer met faiencetegels) en 1 veegmachine voor de circulatiezone (ruime met betondallen).
Juridisch kader
In het kader van de opdracht “Aankoop schoonmaakmachines tbv De Meermin” werd een bestek met nr. 2022/283 opgesteld door De Meermin.
Deze opdracht is opgedeeld in volgende percelen:
* Perceel 1 (Wendbare schrobzuigmachine voor onderhoud polybeton), raming: € 5.500,00 excl. btw of € 6.655,00 incl. 21% btw;
* Perceel 2 (Wendbare schrobzuigmachine voor onderhoud sanitaire blokken), raming: € 4.000,00 excl. btw of € 4.840,00 incl. 21% btw;
* Perceel 3 (Schrobzuigmachine voor onderhoud sportvloer (zitmodel)), raming: € 16.000,00 excl. btw of € 19.360,00 incl. 21% btw;
* Perceel 4 (Veegmachine voor onderhoud circulatiezone ), raming: € 5.500,00 excl. btw of € 6.655,00 incl. 21% btw.
De totale uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op € 31.000,00 excl. btw of € 37.510,00 incl. 21% btw.
Er wordt voorgesteld de opdracht te gunnen bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking.
Als limietdatum voor het indienen van de offertes wordt 07 november 2022 om 12.30 uur voorgesteld.
Toepasselijke wetgeving:
- Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikelen 40 en 41, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad.
- De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.
- Het Bestuursdecreet van 7 december 2018.
- Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikelen 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht.
- De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen.
- De wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, meer bepaald artikel 42, § 1, 1° a) (de goed te keuren uitgave excl. btw bereikt de drempel van € 140.000,00 niet).
- Het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen.
- Het koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 90, 1°.
Art. 1 : Het bestek met nr. 2022/283 en de raming voor de opdracht “Aankoop schoonmaakmachines tbv De Meermin”, opgesteld door De Meermin worden goedgekeurd. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bestek en zoals opgenomen in de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten. De raming bedraagt € 31.000,00 excl. btw of € 37.510,00 incl. 21% btw.
Art. 2 : Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking.
Art. 3 : Volgende ondernemers worden uitgenodigd om deel te nemen aan de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking:
- ALPHEIOS BELGIUM NV, Gaston Fabrelaan 50 te 2610 Wilrijk;
- NILFISK NV, Internationalelaan 55 Gebouw C3/C4 - Riverside Business Par te 1070 Brussel;
- Salubris, Léon Bekaertlaan 32 te 9880 Aalter;
- Kärcher, Nieuwe Steenweg 109, 9140 Temse.
Art. 4 : De offertes dienen het bestuur ten laatste te bereiken op 07 november 2022 om 12.30 uur.
Voor de nieuwe gebouwen (Meermin en AC) is een cameranetwerk voorzien. De camera's dienen voor preventie en controle van de publieke delen van de gebouwen. Er wordt geopteerd voor één centraal systeem voor de ganse site.
In het kader van de opdracht “Camerabewaking AC en Meermin” werd een bestek met nr. 2022/285 opgesteld door de Financiële Dienst.
De uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op € 60.000,00 incl. btw.
Er wordt voorgesteld de opdracht te gunnen bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking.
Als limietdatum voor het indienen van de offertes wordt 7 november 2022 om 12.30 uur voorgesteld.
Juridisch kader
Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikelen 40 en 41, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad.
De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.
Het Bestuursdecreet van 7 december 2018.
Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikelen 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht.
De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen.
De wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, meer bepaald artikel 42, § 1, 1° a) (de goed te keuren uitgave excl. btw bereikt de drempel van € 140.000,00 niet).
Het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen.
Het koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 90, 1°.
De uitgave voor deze opdracht is voorzien in 2022
Art. 1 : Het bestek met nr. 2022/285 en de raming voor de opdracht “Camerabewaking AC en Meermin”, opgesteld door de Financiële Dienst worden goedgekeurd. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bestek en zoals opgenomen in de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten. De raming bedraagt € 60.000,00 incl. btw.
Art. 2 : Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking.
Art. 3 : Volgende ondernemers worden uitgenodigd om deel te nemen aan de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking:
- JADEC NV, Kaarderslaan 11A te 9160 Lokeren;
- SECURITAS ALERT SERVICES NV, Sint-Lendriksborre 3 te 1120 Neder-Over-Heembeek;
- AEW SECURITY BVBA, Diepenbekerweg 11 te 3500 Hasselt;
- DIRK BENOIT ELEKTRONIKA NV, Lindestraat 59 te 8790 Waregem;
- MAES H.S. CVBA, Hillarestraat 43 te 9160 Lokeren;
- STANLEY SECURITY BELGIUM BVBA, Egide Walschaertstraat 16 te 2800 Mechelen.
Art. 4 : De offertes dienen het bestuur ten laatste te bereiken op 7 november 2022 om 12.30 uur.
In 2020 heeft onze stad/gemeente samen met de 10 andere Wase gemeenten bij Waasland Klimaatland de joint SECAP optie 2 als groep ondertekend. Hierbij hebben we ons engagement om tegen 2050 klimaatneutraal te zijn, vernieuwd. De indiening bij de burgemeesterconvenant van het gezamenlijk klimaatplan, adaptatiedeel en mitigatiedeel, dient ten laatste te gebeuren januari 2023. Het adaptatieplan werd reeds door de Raad van Bestuur van Interwaas en door de meeste Wase gemeenten goedgekeurd. Nu dient het mitigatieplan goedgekeurd te worden door de elf gemeenten, Interwaas en de Provincie.
Juridisch kader
Zie mitigatieplan in bijlage
ARTIKEL 1: de gemeenteraad keurt het voorliggend “regionaal mitigatieplan Waasland” en de daarbij horende maatregelen- en actietabel. Dit regionaal mitigatieplan gaat in vanaf de goedkeuring door de gemeenteraad en loopt tot eind 2030.
ARTIKEL 2: de gemeenteraad gaat akkoord om, samen met de Provincie Oost-Vlaanderen en Interwaas en in het kader van het Burgemeestersconvenant en het project “Waasland Klimaatland”, uitvoering te geven aan de regionale maatregelen en acties opgesomd in dit plan. Hiervoor onderneemt de gemeente/stad de volgende stappen:
- Erkent de gezamenlijke doelstelling om 40% CO2-reductie in de regio te behalen tegen 2030. En hierbij de acties te selecteren, verfijnen en vertalen naar het lokaal niveau om samen de regionale doelstelling te behalen;
- de oprichting van een “klimaatteam” van medewerkers en beleidsverantwoordelijken die de uitrol van deze klimaatacties op lokaal niveau initiëren en opvolgen;
- maatschappelijke betrokkenheid creëren op het grondgebied via het actief betrekken van stakeholders bij het uitvoeren van acties;
- de gemeentelijke structuren waar nodig aanpassen en het nodige personeel inzetten om de vereiste acties te kunnen ondernemen;
- de klimaatdoelstellingen zoveel mogelijk te verankerd in het meerjarenplan.
ARTIKEL 3: De gemeenteraad gaat akkoord dat Interwaas de gemeente begeleidt in de vertaling van het regionale plan naar lokale acties. Interwaas zal hierbij mee bewaken dat de lokale acties in lijn zijn met de vooropgestelde ambities.
ARTIKEL 4: De gemeenteraad geeft Interwaas het mandaat om namens de partners van het regionaal project “Waasland Klimaatland" het “regionaal mitigatieplan Waasland” als onderdeel van Klimaatplan Waasland, in te dienen bij het EU-secretariaat van het Burgemeestersconvenant.
ARTIKEL 5: Een afschrift van dit besluit zal worden overgemaakt aan Interwaas (info@waaslandklimaatland.be)
De Raad,
Er werd melding gemaakt van een parkeerprobleem ter hoogte van de garageboxen Den Bulk.
Probleem dat zich voordoet is dat er rechtover de garageboxen vaak geparkeerd wordt wat het in- en uitrijden van de garages sterk bemoeilijkt.
Er is reeds een parkeerverbod ingesteld over een lengte van 20m maar dit niet ruim genoeg tot aan de garageboxen waardoor de geparkeerde voertuigen
correct geparkeerd staan.
Het parkeerprobleem werd nader bekeken en besproken tijdens een overleg verkeer waar eveneens werd voorgesteld het probleem op te lossen door het bestaande parkeerverbod uit te breiden tot voorbij de garageboxen.
Het schepencollege besliste akkoord te gaan met het voorstel en een aanvullend verkeersreglement voor te leggen aan de gemeenteraad.
De voorziene maatregel betreft gemeentewegen
Juridisch kader
Toepasselijke wetgeving:
- Het Decreet Lokaal Bestuur
- De wet betreffende de politie over het wegverkeer, gecoördineerd bij koninklijk besluit van 16 maart 1968;
- Het decreet van 16 mei 2008 betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer en de plaatsing en bekostiging van de verkeerstekens;
- Het koninklijk besluit van 1 december 1975 houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg;
- Het ministerieel besluit van 11 oktober 1976 waarbij de minimumafmetingen en de bijzondere plaatsingsvoorwaarden van de verkeerstekens worden bepaald;
- Het besluit van de Vlaamse Regering van 23 januari 2009 betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer en de plaatsing en bekostiging van
de verkeerstekens;
- De omzendbrief MOB/2009/01 van 3 april 2009;
Art.1 : Zich akkoord te verklaren met het voorstel van het College van Burgemeester en Schepenen tot invoeren van navolgende verkeersreglementering betreffende het uitbreiden van het bestaande parkeerverbod - Den Bulk, grondgebied Waasmunster, zoals voorzien in artikel 2 van dit besluit.
Art. 2 : Volgende signalisatie dient te worden voorzien:
Art.3 : De nodige verkeerssignalisatie zal volgens de wettelijke bepalingen van het ministerieel besluit van 11 oktober 1976 waarbij de minimumafmetingen en de bijzondere plaatsingsvoorwaarden van de verkeerstekens worden bepaald worden geplaatst.
Art.4 : Dit aanvullend verkeersreglement treedt in werking vanaf 01 oktober 2022
Art.5 : Alle voorgaande beslissingen die strijdig zijn met het huidig reglement worden opgeheven.
Art.6 : Afschrift van tegenwoordig besluit zal ter kennisgeving worden overgemaakt aan: afdeling Beleid Mobiliteit en Verkeersveiligheid, Departement Mobiliteit en Openbare Werken, Vlaamse Overheid, Koning Albert II-laan 20 bus 2,1000 Brussel, aan de Gouverneur van Oost-Vlaanderen, aan Deputatie Dienst Griffie, aan de politierechtbank Dendermonde, Agentschap Wegen & Verkeer en aan de politiezone Hamme-Waasmunster.
Art.7 : Dit reglement zal in overeenstemming met art. 286 van het Decreet Lokaal Bestuur worden bekendgemaakt.
De Raad,
Sinds de brandweerkazerne is verhuisd naar de site op de Pontravelaan werd, om de uitrit te beveiligen, het huidige snelheidsregime ter hoogte van de uitrit Pontravelaan verlaagd naar 50km/u, in beide richtingen en een bijkomend oplichtingsbord “interventie brandweer” voorzien.
In het overige gedeelte Pontravelaan werd het snelheidsregime van 70km/u behouden om ter hoogte van het kruispunt Neerstraat/Gentstraat terug over te gaan naar een regime van 50km/u.
Uit evaluatie blijkt dat, door de korte overgangen van snelheidsregimes deze wijzigingen zorgen voor verwarring bij de bestuurders en wordt er voorgesteld de
gehele Pontravelaan tussen N446 - Gentstraat - Neerststraat naar een snelheidsbeperking van 50km/u te brengen.
Tijdens een overleg verkeer werd deze maatregelen nader bekeken en besproken met de politiediensten en positief geadviseerd.
Voorstel van het College van Burgemeester en Schepenen is in de gehele Pontravelaan een snelheidsbeperking van 50km/u in te voeren en een aanvullend verkeersreglement voor te leggen aan de gemeenteraad.
In de Burgemeester Michel Du Tréstraat zal, gelet op het gemengde gebruik KMO, wonen en school, de bestaande zone 30km/u behouden blijven.
De vroegere toegang tot de Desso site, blijft fungeren als dienstweg.
De voorziene maatregel betreft gemeentewegen.
Juridisch kader
Toepasselijke wetgeving:
- Het Decreet Lokaal Bestuur
- De wet betreffende de politie over het wegverkeer, gecoördineerd bij koninklijk besluit van 16 maart 1968;
- Het decreet van 16 mei 2008 betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer en de plaatsing en bekostiging van de verkeerstekens;
- Het koninklijk besluit van 1 december 1975 houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg;
- Het ministerieel besluit van 11 oktober 1976 waarbij de minimumafmetingen en de bijzondere plaatsingsvoorwaarden van de verkeerstekens worden bepaald;
- Het besluit van de Vlaamse Regering van 23 januari 2009 betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer en de plaatsing en bekostiging van
de verkeerstekens;
- De omzendbrief MOB/2009/01 van 3 april 2009;
Art.1 : Zich akkoord te verklaren met het voorstel van het College van Burgemeester en Schepenen tot invoeren van navolgende verkeersreglementering, snelheidsbeperking van 50km/u Pontravelaan tussen kruispunt N446 - Neerstraat - Gentstraat, grondgebied Waasmunster, zoals voorzien in artikel 2 van dit besluit.
Art.2 : Pontravelaan tussen kruispunt N446 - Neerstraat - Gentstraat: invoeren snelheidsregime 50km/u
Deze reglementering zal door middel van de borden C43 - 50km worden aangeduid.
Art.3 : Zich akkoord te verklaren met het voorstel van het College van Burgemeester en Schepenen tot opheffing van navolgende verkeersreglementering, 70km/u Pontravelaan tussen pompgemaal en kruispunt Neerstraat - Gentstraat, grondgebied Waasmunster, zoals voorzien in artikel 4 van dit besluit.
Art.4 : Pontravelaan tussen pompgemaal en kruispunt Neerstraat - Gentstraat: snelheidsregime 70km/u zal worden opgeheven.
te verwijderen signalisatie :
Art.5 : Dit aanvullend verkeersreglement treedt in werking van zodra de signalisatie geplaatst is door de wegbeheerder, gemeente Waasmunster.
Art.6 : Alle voorgaande beslissingen die strijdig zijn met het huidig reglement worden opgeheven.
Art.7 : Afschrift van tegenwoordig besluit zal ter kennisgeving worden overgemaakt aan: afdeling Beleid Mobiliteit en Verkeersveiligheid, Departement Mobiliteit en Openbare Werken, Vlaamse Overheid, Koning Albert II-laan 20 bus 2,1000 Brussel, aan de Gouverneur van Oost-Vlaanderen, aan Deputatie Dienst Griffie, aan de politierechtbank Dendermonde, Agentschap Wegen & Verkeer en aan de politiezone Hamme-Waasmunster.
Art.8 : Dit reglement zal in overeenstemming met art. 286 van het Decreet Lokaal Bestuur worden bekendgemaakt.
De Raad,
Naar aanleiding van het schrijven bewoners Warandestraat 4, met de vraag tot het creëren van een mindervalide parkeerplaats in de omgeving van de woning, werd deze vraag nader bekeken.
De aanvraag werd gecontroleerd of deze voldoet aan de vooropgestelde criteria, goedgekeurd door het College dd. 18.01.2016
Deze criteria zijn:
Wegcode KB 1 december 1975 dient gerespecteerd
parkeerplaats dient gesignaleerd volgens de wetgeving
aanvrager dient houder te zijn van de speciale kaart of hiermee gelijkgesteld document;
De cumulatieve criteria zijn:
De aanvrager kan een attest voorleggen FOD SOC. Zekerheid- ten minste 12pnt
Aanvrager kan zelf het voertuig besturen
Aanvrager mag niet beschikken over een oprit of garage die breed genoeg is om te parkeren en veilig in -en uit te stappen met hulpmiddelen bv rolstoel en dit binnen een straal van 50 meter van zijn woning
De aanvrager of iemand die bij hem inwoont bezit een voertuig;
De politie heeft de hogergenoemde criteria gecontroleerd en gunstig advies gegeven met mail van 18.08.2022.
Bijkomend werd er een schrijven ontvangen van bewoner Warandestraat 57.
Bewoner gaat verhuizen en de mindervalide parkeerplaats, die werd aangebracht in 2018, zal niet meer dienst doen.
Voorstel is deze op te heffen van een nieuwe mindervalide parkeerplaats te creëren ter hoogte van Warandestraat 7, in de omgeving van Warandestraat 4.
Het College van 29.08.2022 stelde voor deze reglementering voor te leggen aan de gemeenteraad door middel van een nieuw aanvullend verkeersreglement.
De voorziene maatregel betreft gemeentewegen
Juridisch kader
Toepasselijke wetgeving:
- Het Decreet Lokaal Bestuur
- De wet betreffende de politie over het wegverkeer, gecoördineerd bij koninklijk besluit van 16 maart 1968;
- Het decreet van 16 mei 2008 betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer en de plaatsing en bekostiging van de verkeerstekens;
- Het koninklijk besluit van 1 december 1975 houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg;
- Het ministerieel besluit van 11 oktober 1976 waarbij de minimumafmetingen en de bijzondere plaatsingsvoorwaarden van de verkeerstekens worden bepaald;
- Het besluit van de Vlaamse Regering van 23 januari 2009 betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer en de plaatsing en bekostiging van
de verkeerstekens;
- De omzendbrief MOB/2009/01 van 3 april 2009;
Art.1 : Zich akkoord te verklaren met het voorstel van het College van Burgemeester en Schepenen tot invoeren van navolgende verkeersreglementering, creëren van een mindervalide parkeerplaats ter hoogte van Warandestraat 7, grondgebied Waasmunster, zoals voorzien in artikel 2 van dit besluit.
Art.2 : Warandestraat 7 :voortaan zal ter hoogte van deze woning een parkeerplaats worden voorbehouden voor mindervalide personen.
Deze reglementering zal door middel van onderstaande signalisatie worden aangeduid : E9a + symbool handicap + Xc 6m + grondmarkering
Art.3 : Zich akkoord te verklaren met het voorstel van het College van Burgemeester en Schepenen tot opheffing van navolgende verkeersreglementering, mindervalide parkeerplaats ter hoogte van Warandestraat 57, grondgebied Waasmunster, zoals voorzien in artikel 4 van dit besluit.
Art.4 : Warandestraat 57 : de mindervalide parkeerplaats zal worden opgeheven.
te verwijderen signalisatie : E9a + symbool handicap + Xc 6m + grondmarkering
Art.5 : De nodige verkeerssignalisatie zal volgens de wettelijke bepalingen van het ministerieel besluit van 11 oktober 1976 waarbij de minimumafmetingen en de bijzondere plaatsingsvoorwaarden van de verkeerstekens worden bepaald worden geplaatst.
Art. 6 : Dit aanvullend verkeersreglement treedt in werking vanaf 01 oktober 2022.
Art. 7 : Alle voorgaande beslissingen die strijdig zijn met het huidig reglement worden opgeheven.
Art. 8 : Afschrift van tegenwoordig besluit zal ter kennisgeving worden overgemaakt aan: afdeling Beleid Mobiliteit en Verkeersveiligheid, Departement Mobiliteit en Openbare Werken, Vlaamse Overheid, Koning Albert II-laan 20 bus 2,1000 Brussel, aan de Gouverneur van Oost-Vlaanderen, aan Deputatie Dienst Griffie, aan de politierechtbank Dendermonde, Agentschap Wegen & Verkeer en aan de politiezone Hamme-Waasmunster.
Art. 9 : Dit reglement zal in overeenstemming met art. 286 van het Decreet Lokaal Bestuur worden bekendgemaakt.
De lokale besturen hebben conform Boek 2, Deel 2, Titel 1 van de Vlaamse Codex Wonen de regierol voor het Woonbeleid op hun grondgebied. Dit betekent dat ze een coördinerende en sturende rol opnemen om het woonbeleid op lokaal niveau te realiseren. Ze hebben een aantal belangrijke uitvoerende taken op het vlak van betaalbaar wonen, kwaliteitsbewaking en dienstverlening naar de burger.
Juridisch kader
Boek 2, Deel 2, Titel 4 van het Besluit Vlaamse Codex Wonen van 2021 bevat de subsidieregeling voor IGS-projecten lokaal Woonbeleid voor de periode 2020-2025. Met deze Vlaamse subsidie wil de Vlaamse regering de gemeenten ondersteunen in hun regisseursrol en hen stimuleren om intergemeentelijk samen te werken met het oog op de realisatie van de drie Vlaamse beleidsprioriteiten voor het lokaal Woonbeleid: 1. De gemeente zorgt voor een divers en betaalbaar woonaanbod afhankelijk van de woonnoden 2. De gemeente werkt aan de kwaliteit van het woningpatrimonium en de woonomgeving 3. De gemeente informeert, adviseert en begeleidt inwoners met vragen over wonen. Daartoe moeten de deelnemende steden en gemeenten een aantal verplichte activiteiten uitvoeren en ten minste tweemaal per werkingsjaar een lokaal woonoverleg organiseren waarop een aantal thema’s besproken worden. Het intergemeentelijk samenwerkingsverband Interwaas heeft het initiatief genomen om een IGS-project rond wonen op te starten. Via intergemeentelijke samenwerking en de daaraan gekoppelde subsidies kunnen de deelnemende steden en gemeenten hun lokaal woonbeleid kwalitatief en professioneel verder uitbouwen. Deze 9 gemeenten zijn in 2020 ingestapt in het IGS woonproject: Lokeren, Sint-Gillis-Waas, Stekene, Kruibeke, Moerbeke, Sint-Niklaas, Beveren, Hamme, Temse en hebben zich er toe verbonden om tot eind 2025 samen te werken met Interwaas rond wonen.
In dit kader hebben de lokale besturen beroep kunnen doen op de ondersteuning en deskundigheid van Interwaas, het Agentschap Wonen-Vlaanderen en de Provincie Oost-Vlaanderen.
De ondersteuning bestaat uit een subsidie voor de verplichte activiteiten, evt. verhoogd met een subsidie voor de aanvullende activiteiten. Voor de werkingsjaren 2020-2023 bedroeg de totale basissubsidie € 360.000. Vanaf 2023 vermindert de basissubsidie met € 72.000 in het totaal omdat er dan geen subsidiepunten meer bekomen kan worden voor ‘aantal gemeenten zonder IGS verleden’. De toegekende en uitbetaalde basissubsidiesom werd in de eerste plaats aangewend door Interwaas voor de aanwerving en inzet van extra personeelsleden ter ondersteuning van het gemeentelijk Woonbeleid.
De gemeenten konden desgewenst ook een aantal aanvullende activiteiten uitvoeren. De subsidie wordt berekend als een percentage van de subsidie van de verplichte activiteiten: 5% voor een
aanvullende activiteit uit de lijst van Agentschap Wonen-Vlaanderen, 3% voor een eigen voorstel van aanvullende activiteit en dit à rato van het aantal huishoudens per gemeente die zich voor deze aanvullende taak engageert. De aanvullende activiteiten hoeven niet in elke deelnemende stad/gemeente van het werkingsgebied uitgevoerd te worden. De toegekende en uitbetaalde subsidiesommen in kader van de aanvullende activiteiten werden en worden voor de periode 2020-2023 telkens uitbetaald aan de gemeenten.
Herzieningsaanvraag
Artikel 2.30 van het Besluit Vlaamse Codex Wonen van 2021 bepaalt dat initiatiefnemers eenmalig een herziening van het pakket aanvullende activiteiten en/of van het werkingsgebied kunnen aanvragen voor de periode 2023-2025. dit biedt de mogelijkheid aan Waasmunster om aan te sluiten en aan de andere gemeenten om extra aanvullende activiteiten uit te voeren. De gemeente Hamme wenst in kader van de regiovorming aan te sluiten bij de IGS-projecten die opgestart worden in de Denderregio.
Het is mogelijk om voor de periode 2023-2025 een nieuwe pakket aan aanvullende activiteiten te voorzien. In de herzieningsaanvraag wordt per aanvullende activiteit de huidige context geschetst, alsook de acties en de beoogde resultaten.
De 3 clusters worden naar aanleiding van de herzieningsaanvraag als volgt samengesteld:
Cluster Waas 1: Lokeren, Sint-Gillis-Waas, Stekene
Cluster Waas 2: Kruibeke, Moerbeke, Sint-Niklaas
Cluster Waas 3: Beveren, Temse, Waasmunster
Juridische context
Vlaamse Codex Wonen van 2021
Besluit Vlaamse Codex Wonen van 2021, Boek 2, deel 2 “Lokaal Woonbeleid”
Decreet Lokaal bestuur van 22 december 2017, artikel 40
Artikel 1
De gemeenteraad gaat akkoord om toe te treden tot IGS Waas 3 voor de periode van 2023-2025 samen met de gemeenten Temse en Beveren om aanspraak te kunnen maken op de subsidies intergemeentelijke samenwerkingsprojecten lokaal woonbeleid
Artikel 2
De gemeenteraad gaat akkoord met de inspanningsverbintenis om in te staan voor de uitvoering van de verplichte basisactiviteiten waarvoor het geen beroep doet op het IGS, omdat bij niet-uitvoering van zo’n basistaak de subsidie volledig vervalt voor die beleidsprioriteit waaronder de actie valt en dit a rato van het aantal huishoudens van de betreffende gemeente.
De gemeente verbindt zich ertoe in dat geval het verlies aan werkingsmiddelen voor het IGS Interwaas evenredig te compenseren.
Artikel 3
De gemeenteraad keurt het sjabloon met extra aanvullende taken goed.
De nieuwe statuten van de vrijetijdsraad werden goedgekeurd in de gemeenteraadszitting van 24/3/22.
Door de wijziging van de statuten diende ook het huishoudelijk reglement van de vrijetijdsraad te worden aangepast. Deze wijzigingen werden goedgekeurd in de vrijetijdsraad van 24/5/22.
De wijzigingen betreffen voornamelijk
- Inbedding van de nieuwe bepalingen uit de statuten
- het overhevelen van de beleidsspecifieke adviezen naar de betrokken deelraden
- de behandeling van het budget en de boekhouding van de vrijetijdsraad
- enkele kleinere aanpassingen zoals de correctere benaming van de deelraden, het verlaten van de vergadering als men betrokken partij is bij een agendapunt, etc.
Volgens artikel 11 van de statuten dient het huishoudelijk reglement ter kennisgeving aan de gemeenteraad te worden voorgelegd.
Als bijlage
- het document met de gemarkeerde aanpassingen zoals voorgelegd aan de vrijetijdsraad van 24/5/22
- het nieuwe huishoudelijk reglement zoals goedgekeurd door de vrijetijdsraad in de vergadering van 24/5/22.
- verslag vergadering vrijetijdsraad van 24/5/22.
Juridisch kader
Het Decreet Lokaal Bestuur meer bepaald art. 304 §3.
Gemeenteraadsbesluit van 24/3/22 betreffende goedkeuring statuten van de vrijetijdsraad.
Goedkeuring huishoudelijk reglement in de vergadering van de vrijetijdsraad van 24/5/2022.
Artikel 1
Akte te nemen van het nieuwe huishoudelijk reglement van de vrijetijdsraad, zoals goedgekeurd in de vergadering van 24/5/22.
Er werden geen aangevraagde punten ingediend.
De mondelinge vragen kunnen beluisterd worden op de website.
De zitting wordt geschorst om 20u45 voor de afhandeling van de OCMW-raad. De zitting wordt opnieuw geopend om 20u50 voor de afhandeling van de geheime zitting van de gemeenteraad.
De voorzitter sluit de zitting op 22/09/2022 om 20:55.
Namens gemeenteraad,
Bram Collier
algemeen directeur
Yari Van Kaer
voorzitter van de raad