Terug
Gepubliceerd op 20/04/2022

Besluit  gemeenteraad

do 28/04/2022 - 19:30

Aanpassing gemeentelijk reglement voor de organisatie van ambulante activiteiten op de openbare markten en op het openbaar domein

Aanwezig: Yari Van Kaer, voorzitter van de raad
Jurgen Bauwens, burgemeester
Petra Verstappen, Ilse Poppe, Guido De Cock, Tom Baert, schepenen
Rik Daelman, Agnes Dierick, Kelly Van Nieuland, Renaat Decorte, André De Maere, Bart Waterschoot, Werner De Nijs, Cecile Van Havermaet, Yves Heylen, Annelies Fierens, Aurélie Willaerts, Luc Maes, Steven Van Oost, Gustaaf De Beule, raadsleden
Bram Collier, algemeen directeur
Verontschuldigd: Dominique Roelandt, raadslid

Het marktreglement wordt geactualiseerd rekening houdend met de gewijzigde wetgeving, met name het decreet van 24 februari 2017 en het BVR van 21 april 2017.
Het huidig reglement dateert van 2007.

De belangrijkste wijzigingen in de wetgeving zijn :
1. De termijn voor definitieve opzeg bedraagt nu 6 maanden (i.p.v. 1 jaar).
2. De gemeente kan zowel het aantal losse standplaatsen, de wijze van kandidaatstelling voor een losse standplaats (vooraf of ter plaatse) als de wijze van toewijzing van een losse standplaats zelf bepalen.
3. Voor de overdracht van een standplaats moet een ambulante handelaar zijn activiteiten niet meer stopzetten. Nieuwe voorwaarden worden in het reglement omschreven.
4. De categorie van standwerkers verdwijnt uit de regelgeving. Een gemeente kan eventueel de afspraken met standwerkers behouden en hen als aparte specialisatie blijven benaderen.
5. Een vacature is niet langer verplicht. Als gemeente kan men eerst zijn register van kandidaturen consulteren. Als in dit register geen geschikte kandidaat gevonden wordt, gaat men over tot publicatie van een vacature.
6. De bepalingen voor verkopen met niet-commercieel karakter (art 7) zijn vereenvoudigd. Bovendien kan de gemeente zelf bepalen wat occasioneel voor haar betekent.

Belangrijkste wijzigingen in het nieuw reglement
1. De categorie van standwerkers werd geschrapt (cf. wetgeving)
2. De bevoegdheden van de marktleider werden geëxpliciteerd
3. Een abonnement geldt voortaan voor onbepaalde duur
4. De opzegtermijn van een abonnement wordt verlengd van 3 naar 6 maanden (cf. wetgeving)
5. De procedure voor overdracht van een abonnement werd gewijzigd (cf. wetgeving)
6. De verplichte documenten van de marktkramer werden geëxpliciteerd
7. De weigeringsgronden voor een Machtiging ambulante handel op het openbaar domein werden in lijn gebracht met de Europese Dienstenrichtlijn
8. Een afdeling ‘Ambulante Handel op rondtrekkende wijze’ werd toegevoegd, met inbegrepen de beperking om te werken rond scholen bij openings-, middag-, en sluitingsuren.

Juridisch kader

Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikel 40,

De wet van 25 juni 1993 betreffende de uitoefening van ambulante activiteiten en de organisatie van openbare markten gewijzigd bij de wet van 4 juli 2005, de wet van 20 juli 2006, 22 december 2009, 21 januari 2013 en het decreet van 24 februari 2017 meer bepaald het artikel 8 tot en met 10,

Het koninklijk besluit van 24 september 2006 betreffende de uitoefening en organisatie van ambulante activiteiten, meer bepaald de artikelen 23 tot en met 44 gewijzigd bij Besluit Vlaamse Regering van 21 april 2017.

Volgens artikel 8 §1 van voornoemde gewijzigde wet wordt de organisatie van ambulante en kermisactiviteiten op de openbare markten en kermissen, geregeld bij gemeentelijk reglement,

Volgens artikel 9 §1 van voornoemde gewijzigde wet wordt de organisatie van ambulante en kermisactiviteiten op het openbaar domein, buiten de openbare markten en kermissen, geregeld bij gemeentelijk reglement

De marktcommissie verleende op 18 maart 2022 gunstig advies

Op het voorstel van het college van burgemeester en schepenen,

Besluit

AFDELING 1: Organisatie van ambulante activiteiten op de openbare markten

Artikel 1. Gegevens van openbare markten (wet art. 8 § 2)
De gemeente richt op het openbaar domein volgende openbare markten in en vertrouwt aan het college van burgemeester en schepenen de bevoegdheid toe om de markten in te delen en wijzigingen op te nemen.
Het college zal voor elke standplaats de ligging, de grootte en het gebruik bepalen.

1.1 Wekelijkse markt Waasmunster
PLAATS: Parking Gentstraat en zo nodig op andere plaatsen aan te duiden door het college van burgemeester en schepenen.
DAG: Vrijdag
UUR: De markt begint om 8.00 uur en eindigt om 12.00 uur.
OPSTELLING: De marktkramers die over een abonnement beschikken mogen hun standplaats innemen vanaf 6.00 uur en moeten ten laatste om 8.00 uur aanwezig zijn, zo niet worden zij als afwezig beschouwd.
Anderhalf uur na het beëindigen van de markt moeten alle voertuigen, kramen en goederen van de standplaats verwijderd zijn.
De marktkramers moeten hun standplaats volledig reinigen en hun afval meenemen.
SPECIALISATIE: Markt van gemengd productaanbod


1.2. In de onder 1.1 vermelde straten of pleinen is het op de marktdagen verboden te parkeren vanaf 1 uur voor de markt tot 1,5 uur na de markt of tot op het tijdstip waarop het marktparcours door de politie opengesteld wordt.
De marktleider kan de tussenkomst van de politie vragen om op bovenvermelde plaatsen geparkeerde voertuigen die een hinder vormen te laten takelen op kosten en risico van de eigenaar of bestuurder.

1.3. Alle voertuigen, andere dan winkelwagens, als trekkracht gebruikt voor het vervoer van goederen, moeten tijdens de markt van de marktplaats verwijderd zijn.

1.4. Gedurende de markt is het absoluut verboden om zich op de marktplaats door middel van een voertuig te verplaatsen, uitgezonderd de hulpdiensten.

1.5. Bij speciale gelegenheden kan het college van burgemeester en schepenen beslissen dat een markt zal gehouden worden op een andere dag. Het college van burgemeester en schepenen kan een markt verbieden of afgelasten.
Wanneer bijzondere omstandigheden het vereisen kan het college van burgemeester en schepenen een markt op een andere plaats doen houden, evenals de aanvangs- en sluitingsuren wijzigen.

1.6. Concessies
De gemeenteraad kan beslissen het beheer van een openbare markt in concessie te geven. Daartoe stelt het college van burgemeester en schepenen een concessiecontract op met de kandidaat-concessiehouder tegen een overeengekomen concessievergoeding. In geval van concessie is de concessiehouder gehouden tot de stipte opvolging van het marktreglement in het algemeen en van het huishoudelijk reglement in het bijzonder. Tevens neemt hij de plaats in van de anders door het gemeentebestuur aangestelde ambtenaar en draagt de concessiehouder de volle verantwoordelijkheid van de organisatie van de openbare markt.
1.7. Andere manifestaties, zoals avondmarkten, braderieën,… worden niet als openbare markt beschouwd, maar kunnen als initiatieven ter bevordering van de lokale handel worden georganiseerd door het college van burgemeester en schepenen of als evenement worden aangevraagd.

Artikel 2. Voorwaarden inzake toewijzing standplaatsen (wet. 8§2, art. 10§1 en KB art. 25)
Een standplaats op de openbare markt kan enkel toegewezen worden aan:
- de natuurlijke personen die voor eigen rekening een ambulante activiteit uitoefenen, houders van een “machtiging als werkgever”;
- rechtspersonen die dezelfde activiteit uitoefenen. De standplaatsen worden aan deze laatsten toegekend door tussenkomst van een persoon verantwoordelijk voor het dagelijks bestuur van de vennootschap en die houder is van de “machtiging als werkgever”;
- de verantwoordelijken van verkoopacties zonder commercieel karakter, hiervoor toegelaten overeenkomstig artikel 7 van voornoemd KB van 24 september 2006, gewijzigd door BVR van 21 april 2017.

Teneinde de diversiteit van het aanbod te waarborgen is het maximaal aantal standplaatsen per product als volgt bepaald (wet artikel 8):
- maximum 20% van de standplaatsen kan worden ingenomen door kramen met vers vlees en charcuterie
- maximum 30% van de standplaatsen kan worden ingenomen door kramen met charcuterie en kaas
- maximum 20% van de standplaatsen kan worden ingenomen door kramen met vis
- maximum 30% van de standplaatsen kan worden ingenomen door kramen met groenten en fruit
- maximum 20% van de standplaatsen kan worden ingenomen door kramen met snoep en kruidenierswaren
- maximum 20% van de standplaatsen kan worden ingenomen door kramen met wild en gevogelte
- maximum 50% van de standplaatsen kan worden ingenomen door kramen met textiel, waarvan maximum 80% voor kleding
- maximum 20% van de standplaatsen kan worden ingenomen door kramen met bloemen en planten

Bovendien wordt voor de toekenning van abonnementen rekening gehouden met volgende maxima :
- maximum 10% van de abonnementen kan worden toegekend aan kramen met vers vlees en charcuterie
- maximum 20% van de abonnementen kan worden toegekend aan kramen met charcuterie en kaas
- maximum 10% van de abonnementen kan worden toegekend aan kramen met vis
- maximum 20% van de abonnementen kan worden toegekend aan kramen met groenten en fruit
- maximum 10% van de abonnementen kan worden toegekend aan kramen met snoep en kruidenierswaren
- maximum 10% van de abonnementen kan worden toegekend aan kramen met wild en gevogelte
- maximum 40% van de abonnementen kan worden toegekend aan kramen met textiel
- maximum 10% van de abonnementen kan worden toegekend aan kramen met bloemen en planten

Met textiel wordt bedoeld al wat geweven is en betrekking hebbend op de weefnijverheid.
De standplaatsen van de houders van een abonnement, die niet tijdig zijn ingenomen, kunnen toegewezen worden aan een andere markthandelaar voor de duur van de marktdag volgens de wettelijke toewijzingsmodaliteiten omschreven in artikel 4 van dit reglement.

Artikel 3. Verhouding abonnementen - losse standplaatsen (KB art.23)
De standplaatsen op de openbare markt worden toegewezen:
- hetzij per abonnement
- hetzij van dag tot dag
De abonnementsplaatsen kunnen maximum 15 lopende meter bedragen, de losse standplaatsen maximum 10 lopende meter.

Artikel 4. Toewijzingsregels losse standplaatsen (KB art 27, gewijzigd door BVR)
De toewijzing van losse standplaatsen gebeurt volgens de chronologische volgorde van aanmelding. Als aanmelding geldt ofwel een voorafgaande aanvraag via de procedure zoals beschreven op de website van Gemeente Waasmunster, ofwel de mondelinge aanmelding bij aankomst op de markt, om 8.00 uur ten laatste.

Als het moment van de mondelinge aanmelding tussen twee of meerdere kandidaten niet kan uitgemaakt worden, gebeurt de toekenning van de standplaats bij loting.

De houder van de ‘machtiging als werkgever’ moet bij de toewijzing van de standplaats aanwezig zijn. Diegene die de standplaats krijgt toegewezen, betaalt het verschuldigde standgeld aan de marktleider, tegen ontvangstbewijs, bij aanvang van de markt.

De marktleider kan kandidaten voor een losse standplaats weigeren omwille van de veiligheid, openbare orde, toegankelijkheid, enz. of op basis van de maximumquota vermeld in artikel 2.

Artikel 5. Marktleiding
De marktleiding wordt door het college van burgemeester en schepenen toevertrouwd aan een administratief personeelslid, de marktleider.

De marktleider is bevoegd om:
- documenten die de machtiging en identiteit van de personen die een ambulante activiteit uitoefenen aantonen te controleren;
- losse standplaatsen toe te wijzen bij het opstellen van de markt;
- het standplaatsgeld, voorzien door het gemeentelijk belastingreglement op plaatsrechten op het openbaar domein, voor losse plaatsen te innen tegen ontvangstbewijs;
- tijdelijke verschuivingen van de vaste plaatsen aan te wijzen bij het opstellen van de markt.

Artikel 6. Toewijzingsregels per abonnement op de openbare markten (KB art.28 en 30)
6.1. Vacature en kandidatuurstelling standplaats per abonnement (KB art. 28 & 30, gewijzigd door BVR)
Wanneer een standplaats die per abonnement toegewezen wordt, vrijkomt, gaat de gemeente na of er een geschikte kandidaat is in het register van kandidaturen, zoals omschreven in 6.2.

Als het register geen geschikte kandidaat bevat, wordt een vacature bekendgemaakt door publicatie van een kennisgeving. Deze kennisgeving zal gebeuren via de website van de gemeente Waasmunster www.waasmunster.be

De kandidaturen kunnen ingediend worden na een melding van vacature of op elk ander tijdstip.
De kandidaturen voor een specifieke vacature worden ingediend volgens de voorschriften en binnen de termijn voorzien in de kennisgeving van de vacature.
De kandidaturen tot het innemen van een standplaats met abonnement moeten minstens volgende gegevens bevatten:
- Volledige naam en adres van de aanvrager
- Soort van producten die te koop worden aangeboden
- Kopie van de machtiging of kaart ambulante handel
- Ondernemingsnummer(s)
- Minimum en maximum gevraagd aantal meters
- Soort van uitstalling (kraam of winkelwagen)
- kopie van de verplichte verzekeringspapieren (cf. artikel 16)
Kandidaturen die hieraan niet voldoen, worden niet weerhouden.

6.2. Register van de kandidaten (KB art. 31, gewijzigd door BVR)
Alle kandidaturen worden naargelang hun ontvangst (chronologisch) bijgehouden in een register.
De kandidaturen worden geklasseerd:
- eerst volgens categorie zoals bepaald in punt 6.3.
- dan volgens de gevraagde standplaats en specialisatie (cf. artikel 2)
- tenslotte volgens datum (overhandiging, indiening bij de post, ontvangst op duurzame drager)
Overeenkomstig het bestuursdecreet van 7 december 2018 kan dit register steeds geraadpleegd worden.

De kandidaturen blijven geldig zolang ze niet werden nagekomen of ingetrokken door hun auteur.
Om de vijf jaar moeten de kandidaten opgenomen in het register hun kandidatuur bevestigen om in het register opgenomen te blijven.

6.3. Volgorde van toekenning van de standplaatsen (KB art 29 en 31, gewijzigd door BVR)
Bij het vacant komen van een standplaats per abonnement worden, met het oog op de toekenning ervan, de kandidaturen als volgt geklasseerd in het register, rekening houdend met de maximumquota vermeld in artikel 2 van onderhavig reglement:
a. personen die een standplaats vragen als gevolg van de opheffing van de standplaats die ze op de markt innamen of aan wie de gemeente een vooropzeg heeft gegeven omwille van definitieve opheffing van de markt of een deel van de standplaatsen
b. personen die een uitbreiding van hun standplaats vragen
c. personen die een wijziging van hun standplaats vragen
d. de externe kandidaten (chronologische lijst). Aan een artikel dat nog niet wordt aangeboden op de markt kan door het college van burgemeester en schepenen voorrang gegeven worden.

De kandidaturen worden binnen elke categorie, in voorkomend geval, volgens de gevraagde standplaats en specialisatie en tenslotte volgens datum chronologisch geordend.

Wanneer twee of meerdere aanvragen behorend tot dezelfde categorie tezelfdertijd ingediend worden, wordt als volgt voorrang gegeven:
1. voorrang wordt gegeven (uitgezonderd de categorie externe kandidaten) aan de aanvrager die de hoogste anciënniteit op de markten van de gemeente heeft; wanneer de anciënniteit niet kan vergeleken worden, wordt de voorrang bepaald bij loting;
2. voor de externe kandidaten wordt de voorrang bepaald bij loting.

6.4. Bekendmaking van de toewijzing van de standplaatsen (KB art. 33)
De toewijzing van de standplaatsen wordt bekend gemaakt aan de aanvrager:
1. bij een ter post aangetekend schrijven met ontvangstbewijs;
2. of door overhandiging van een brief tegen ontvangstbewijs
3. of bij elektronische post met ontvangstbewijs

6.5. Het register van de standplaatsen toegewezen per abonnement (KB art. 34, gewijzigd door BVR)
Een plan of register wordt bijgehouden waarin voor elke standplaats toegewezen per abonnement vermeld staat:
1. de naam, voornaam, het adres van de persoon aan wie of door wiens tussenkomst de standplaats werd toegekend;
2. in voorkomend geval, de handelsnaam van de rechtspersoon aan wie de standplaats toegekend werd en het adres van haar maatschappelijke zetel;
3. het ondernemingsnummer;
4. de producten en/of diensten die te koop aangeboden worden;
5. de datum van de toewijzing van de standplaats en de duur van het gebruiksrecht;
6. indien de activiteit seizoensgebonden is, de periode van activiteit;
7. de prijs van de standplaats;
8. desgevallend, de naam en het adres van de overlater en datum van de overdracht.

De marktkramers die houder zijn van een abonnement zijn er toe gehouden elke wijziging schriftelijk mee te delen aan het college van burgemeester en schepenen.

Het register wordt in een digitaal bestand bijgehouden. Overeenkomstig het bestuursdecreet van 7 december 2018 art II.2 kan dit register steeds geraadpleegd worden.

Artikel 7. Duur van het abonnement (KB art 32 en 37, gewijzigd door BVR)
De abonnementen worden toegekend voor onbepaalde duur.

Een seizoensgebonden activiteit (KB art. 37) is in het algemeen een activiteit die betrekking heeft op producten of diensten die wegens hun aard of traditie slechts gedurende een periode van het jaar verkocht worden. De abonnementen die toegekend worden voor seizoensgebonden activiteiten worden geschorst gedurende de periode van non-activiteit. Gedurende de periode van non-activiteit kunnen deze standplaatsen toegewezen worden als losse standplaatsen.

Artikel 8. Opschorting van het abonnement (KB art 32, gewijzigd door BVR)
De houder van een abonnement kan het abonnement opschorten voor een voorziene periode van tenminste één maand wanneer hij of zij ongeschikt is zijn of haar activiteit uit te oefenen:
1. door ziekte of ongeval op grond van een medisch attest;
2. door overmacht op een verantwoorde wijze aangetoond.
De opschorting gaat in de dag waarop de gemeente op de hoogte wordt gebracht van de ongeschiktheid en houdt op ten laatste vijf dagen na de melding van het hernemen van de activiteiten. Na afloop van de opschorting krijgt de geabonneerde zijn of haar standplaats terug.

De opschorting impliceert de opschorting van de wederzijdse verplichtingen die uit de overeenkomst voorkomen.

Gedurende de periode van opschorting kan de standplaats toegewezen worden als losse standplaats.

Artikel 9. Afstand van het abonnement (KB. art. 32, gewijzigd door BVR)
De houder van een abonnement kan afstand doen van het abonnement:
1. bij stopzetting van de ambulante activiteiten mits een opzegtermijn van tenminste 30 kalenderdagen
2. indien hij definitief ongeschikt is om zijn of haar activiteit uit te oefenen omwille van redenen vermeld in artikel 8 van dit reglement. In dit geval is geen vooropzeg nodig;
3. op ieder ogenblik mits een opzegging van tenminste 30 kalenderdagen. Indien de opzegging niet gebeurt binnen voormelde 30 kalenderdagen dient het abonnement voor het eerstvolgende jaar nog te worden betaald.
De rechthebbenden van de natuurlijke persoon die voor eigen rekening zijn of haar activiteit uitoefende kunnen bij zijn of haar overlijden, zonder vooropzeg, afstand doen van het abonnement waarvan hij of zij de houder was.

De aanvragen van opschorting, herneming of opzegging van een abonnement worden betekend volgens één van de hierna vermelde modaliteiten:
1. bij per post aangetekend schrijven met ontvangstbewijs;
2. overhandiging tegen ontvangstbewijs;
3. op een duurzame drager (fax, e-mail) tegen ontvangstbewijs.

Artikel 10. Schorsing en opzegging van het abonnement (KB art.32 laatste lid, gewijzigd door BVR)
Het abonnement kan door het college van burgemeester en schepenen geschorst of ingetrokken worden in volgende gevallen:
1. bij niet of laattijdige betaling van de jaarlijkse standplaatsvergoeding;
2. bij afwezigheid gedurende drie opeenvolgende weken zonder de marktleider tijdens de week voorafgaand aan de afwezigheid op de hoogte te stellen;
3. bij afwezigheid van in totaal twaalf marktdagen per jaar;
4. bij overdracht van een abonnement aan een derde zonder te voldoen aan de voorwaarden bepaald in artikel 14 van onderhavig gemeentelijk reglement;
5. wanneer andere waren verkocht worden dan diegene vermeld op het abonnement;
6. Bij het herhaaldelijk niet respecteren van de instructies van de marktleider.
De beslissing tot schorsing of opzegging wordt betekend bij een ter post aangetekend schrijven met ontvangstbewijs of op een duurzame drager tegen ontvangstbewijs.

Artikel 11. Vooropzeg vanuit de gemeente. (wet art. 8 §2, gewijzigd door decreet)
Wanneer één of meer standplaatsen worden opgeheven (bijvoorbeeld bij openbare werken of herinrichting van het openbaar domein), geldt een termijn van vooropzeg aan de houders van een standplaats per abonnement van ten minste 6 maanden. In gevallen van absolute noodzakelijkheid (bijvoorbeeld onvoorziene werken aan het marktplein die nopen tot een herschikking van de standplaatsen) kan deze minimumtermijn door het college van burgemeester en schepenen worden ingekort.

De houders van een opgezegde standplaats krijgen voorrang bij het toekennen van een vacante standplaats per abonnement (cf. artikel 6.3.2a).

Artikel 12. Betalingsmodaliteiten
Het standplaatsgeld, voorzien door het gemeentelijk belastingreglement op plaatsrechten op het openbaar domein, dient voor de losse standplaatsen ter plaatse te worden betaald aan diegene die hiervoor bevoegd is, tegen afgifte van een ontvangstbewijs.

Marktkramers die beschikken over een jaarlijks abonnement dienen hun standplaatsvergoeding in één schijf te vereffenen aan de gemeentekas binnen de veertien dagen volgend op de toekenning van de standplaats of op het verzoek tot betaling, in contanten tegen ontvangstbewijs of door overschrijving op rekeningnummer BE47 0910 0033 4980 van het gemeentebestuur van Waasmunster.

Artikel 13. Inname standplaatsen (KB art. 26, gewijzigd door BVR)
De standplaatsen op de openbare markten kunnen ingenomen worden door:
1. de natuurlijke persoon, houder van een “machtiging als werkgever” aan wie de standplaats is toegewezen;
2. de verantwoordelijke(n) van het dagelijks bestuur van een rechtspersoon aan wie de standplaats is toegewezen, houder(s) van een “machtiging als werkgever”;
3. de feitelijke venno(o)t(en) van de natuurlijk persoon aan wie de standplaats werd toegewezen, houders van een “machtiging als werkgever” voor de uitoefening van een ambulante activiteit voor eigen rekening;
4. de echtgeno(o)t(e) en wettelijk samenwonende van de natuurlijk persoon aan wie de standplaats werd toegewezen, houder van een “machtiging als werkgever” voor de uitoefening van een ambulante activiteit voor eigen rekening;
5. de personen die beschikken over een “machtiging als aangestelde A” of een “machtiging als aangestelde B” die een ambulante activiteit uitoefenen voor rekening of in dienst van de natuurlijke persoon of rechtspersoon bedoeld in 1° tot en met 4°;
6. de personen die verkopen realiseren zonder commercieel karakter binnen het kader van de actie bedoeld in artikel 7 van voornoemd KB van 24 september 2006, gewijzigd door BVR van 21 april 2017, kunnen een standplaats innemen, toegewezen aan een verantwoordelijke van de actie. Desgevallend kunnen zij deze innemen buiten de aanwezigheid van deze verantwoordelijke.

De personen bedoeld in 2° tot 5°, kunnen de standplaats innemen, toegewezen aan de natuurlijke persoon of rechtspersoon voor wiens rekening of in wiens dienst zij de activiteit uitoefenen, buiten de aanwezigheid van de persoon aan wie de standplaats werd toegewezen.

Artikel 14. Overdracht standplaatsen (KB art. 35, gewijzigd door BVR)
De overdracht van een standplaats is toegelaten onder de volgende voorwaarden:
A. indien de overnemer(s) houder(s) zijn van een machtiging tot het uitoefenen van ambulante activiteiten als werkgever;
B. en de specialisatie van de overlater voortgezet wordt op de overgedragen standplaats.
Een eventuele wijziging van de specialisatie KAN schriftelijk aangevraagd worden bij het college van burgemeester en schepenen.
C. binnen het eerste jaar kan de standplaats NIET opnieuw overgedragen worden, behalve na expliciete goedkeuring van het college van burgemeester en schepenen.


De inname van de overgedragen standplaats is pas toegelaten als de gemeente heeft vastgesteld dat de overnemer beschikt over een machtiging tot uitoefening van ambulante activiteiten om dezelfde specialisatie als de overlater of de specialisaties die toegelaten zijn door de gemeente, uit te oefenen.

Artikel 15. Identificatievereiste bij het uitoefenen van ambulante activiteiten op de openbare markt (KB art. 21)
Elke persoon die een ambulante handel uitoefent op de openbare markt dient zich te identificeren aan de hand van een leesbaar uithangbord, zichtbaar geplaatst op het kraam of het voertuig, indien hij de activiteit aan het kraam of het voertuig uitoefent. Het bord moet eveneens door de aangestelden aangebracht worden wanneer deze alleen werken.

Het bord bevat volgende vermeldingen:
1. hetzij de naam, de voornaam van de persoon die een ambulante activiteit uitoefent als natuurlijk persoon voor eigen rekening of voor wiens rekening of in wiens dienst de activiteit wordt uitgeoefend; hetzij de naam, de voornaam van de persoon die het dagelijks bestuur binnen een rechtspersoon waarneemt of voor wiens rekening of in wiens dienst de activiteit wordt uitgeoefend;
2. de firmanaam en/of de benaming van de onderneming;
3. al naargelang het geval, de gemeente van haar maatschappelijke zetel of van de uitbatingzetel en indien de onderneming niet in België gelegen is, het land en de gemeente waar zich deze bevindt;
4. het inschrijvingsnummer in de Kruispuntbank van Ondernemingen (of een identificatie die deze vervangt, indien het om een buitenlands bedrijf gaat).

Artikel 16. Verplichte documenten (KB art 15, gewijzigd door BVR)
De machtiging ambulante handel is alleen geldig als de volgende documenten erbij gevoegd zijn:
1. het identiteitsbewijs van haar houder of, voor de niet-ingezeten en de buitenlandse onderdanen, een identiteitsbewijs dat dat vervangt;
2. een bewijs waaruit blijkt dat de uitoefening van de ambulante activiteiten in kwestie behoorlijk gedekt wordt door verzekeringspolissen voor burgerlijke aansprakelijkheid en tegen brandrisico’s;
3. het bewijs dat bij de uitoefening van een ambulante activiteit waarbij voeding wordt verkocht, voldaan wordt aan de reglementaire voorwaarden voor de volksgezondheid.
De machtiging en de documenten, vermeld in het eerste lid, 1. tot en met 3., worden voorgelegd op elk verzoek van de marktleider en de personen, vermeld in artikel 11, §1, van de wet, en artikel 44 en 45 van het Koninklijk Besluit.

De gemeente zal de machtiging en de documenten, vermeld in het eerste lid, 1 tot en met 3, bij de toekenning van een standplaats en nadien periodiek en steekproefsgewijs controleren.

Artikel 17. Brandpreventie
Marktkramers die tijdens de markt gebruik maken van een gas- en/of elektrische installatie zijn verplicht te beschikken over een gunstig keuringsattest. Indien zij gebruik maken van verwarmingstoestellen zijn zij verplicht verzekerd te zijn voor burgerlijke aansprakelijkheid en risico’s van brand en burenverhaal. Op verzoek van de marktleider moet worden aangetoond dat aan bovengenoemde verplichtingen werd voldaan.
Het is verboden verwarmingstoestellen te gebruiken die niet voldoen aan de vigerende veiligheidsvoorschriften, of die gassen of rook doen ontsnappen.

Elk kraam of winkelwagen moet uitgerust zijn met een poederbrandblusapparaat 6kg (ABC).

De kramen of winkelwagens moeten op zodoende wijze worden ingericht dat geen brandbare, schadelijke, hinderlijke en/of onwelriekende vloeistoffen op de grond kunnen druipen.

Artikel 18. Opstelling kramen
Marktkramers mogen in principe niet plaatsnemen voor winkelhuizen waar koopwaren van dezelfde aard worden verkocht, tenzij de uitbating van de winkelactiviteit een aanvang neemt na het verwerven van de vaste standplaats van de marktkramer.

Voor de winkelhuizen zal er tussen de kramen een opening gelaten worden van minimum 1,20 meter teneinde de toegang ervan niet te belemmeren.

De voetpaden moeten tussen de achterzijde van de kramen en de voorgevels van de woningen ten minste één meter vrij blijven en de doorgang ervan mag niet belemmerd worden.
Een kraam met een afmeting van meer dan 12 meter lengte mag niet geplaatst worden vóór twee of meer aaneenpalende winkelhuizen.

De marktkramers dienen zich te schikken naar de ter plaatse verstrekte aanduidingen van de marktleider, zo niet zullen de koopwaren en voorwerpen ambtshalve en op kosten van de marktkramer door de politie worden weggeruimd.

Artikel 19. Gebruik van elektriciteitskasten.
In de straten van de marktomloop waar elektriciteitskasten staan, speciaal bestemd voor de marktkramers, zijn de marktkramers die elektriciteit nodig hebben verplicht deze te gebruiken. De kostprijs van de elektriciteit kan worden aangerekend op basis van een retributiereglement. Het gebruik van elektriciteit dient te gebeuren met materiaal conform de wetgeving.

Artikel 20. Verbodsbepalingen
Het is verboden:
1. het wegdek te beschadigen door het inslaan van piketten of andere voorwerpen dienstig voor het vastmaken van het marktkraam of marktwagen;
2. geluidversterkers te gebruiken of op de een of andere wijze storende geluiden te uiten voor het aanprijzen van de koopwaren;
3. gebruik te maken van hogedruktoestellen, voegen uit te slijpen door middel van slijptoestellen, vrachtwagens of firmawagens te parkeren die de marktactiviteiten kunnen hinderen, wanneer er werken doorgaan op de plaatsen waar de wekelijkse markt plaatsheeft.

Artikel 21. Marktcommissie
De marktcommissie organiseert de dialoog tussen bestuur, organisatoren en marktkramers, met als doel:
- nastreven van een goed marktverloop via overleg
- advies verstrekken naar het beleid toe

De marktcommissie is samengesteld uit:
- de burgemeester en/of de schepen van middenstand
- de marktleider en/of de algemeen directeur
- minstens twee afgevaardigden van de Waasmunsterse markt
- de concessionarissen van in concessie gegeven markten
Het secretariaat wordt waargenomen door een ambtenaar van de gemeente.

Artikel 22. Onvoorziene gevallen
Het college van burgemeester van burgemeester en schepenen beslecht alle niet in dit reglement voorziene gevallen en de betwistingen die voortvloeien uit de toepassing van dit reglement, na de marktleider vooraf te hebben gehoord.


AFDELING 2. Organisatie van ambulante activiteiten op het openbaar domein buiten de openbare markten

Afdeling 2.1. Plaatsen op het openbaar domein waar de ambulante activiteit mag plaatsvinden maar die niet vooraf zijn bepaald
Artikel 1 Toepassingsgebied (KB art. 38, gewijzigd door BVR)
Eenieder die een standplaats wenst in te nemen op één of meerdere plaatsen van het openbaar domein buiten de openbare markten om ambulante activiteiten uit te oefenen dient dit voorafgaand aan te vragen bij het gemeentebestuur.

Artikel 2. Voorafgaande machtiging
2.1. Aanvraag machtiging
Om een standplaats in te nemen zoals vermeld in afdeling 2 artikel 1 moet voldaan zijn aan de voorwaarden vermeld in afdeling 1 artikel 2 en artikel 16 (cf. verplichte documenten) en dient men te beschikken over een machtiging. Deze machtiging moet voorafgaand aan het uitoefenen van de ambulante activiteit aangevraagd worden bij het gemeentebestuur van Waasmunster.

2.2. Beslissing machtiging.
In geval van positieve beslissing verkrijgt de aanvrager een machtiging met daarin vermeld :
- de identiteit van de aanvrager
- ondernemersnummer(s)
- de aard van de producten of diensten die hij gemachtigd is te verkopen
- de plaats
- de datum en duur van de verkoop

De gevraagde machtiging kan geweigerd worden omwille van één of meerdere van onderstaande
redenen:
- redenen van openbare orde;
- redenen van volksgezondheid;
- bescherming van consument;
- wanneer de machtiging ambulante handel en bijbehorende documenten niet in orde zijn
- de modaliteiten van het gemeentelijk reglement worden niet gerespecteerd;
- wanneer de specialisatie van de aanvrager geen uitbreiding van diversiteit betekent op de aangevraagde plaats. Deze diversiteit streeft de gemeente na vanuit de ondersteuning en
promotie van ondernemerschap.
De gemeente zal deze reden(-en) motiveren in zijn kennisgeving van de negatieve beslissing aan de aanvrager en verwijst tevens naar rechtsmiddelen inzake beroep.

Artikel 3. Voorwaarden inzake toewijzing en inname standplaatsen
De personen die voldoen aan de voorwaarden tot het verkrijgen (cf. supra Afdeling 1 artikel 2) en innemen van de standplaatsen op de openbare markt (cf. supra Afdeling 1 artikel 13) kunnen staanplaatsen op het openbaar domein verkrijgen en innemen.

Artikel 4. Toewijzingsregels losse standplaatsen(KB art. 43 §2, gewijzigd door BVR)
De toewijzing van losse plaatsen gebeurt volgens de chronologische volgorde van aanvragen en desgevallend in functie van de gevraagde plaats en specificatie. Wanneer twee of meerdere aanvragen voor standplaatsen gelijktijdig ingediend worden, gebeurt de toewijzing via loting.

Artikel 5. Toewijzingsregels per abonnement
Hier gelden dezelfde regels als voor de openbare markten (cf. supra Afdeling 1 artikel 6 tot en met 10). Voorwaarden inzake melding van vacature (afdeling 1 artikel 6.1) geldt niet.

Artikel 6. Identificatievereiste bij uitoefenen ambulante activiteiten (KB art.21)
Elke persoon die een ambulante handel uitoefent op het openbaar domein dient zich te identificeren aan de hand van een leesbaar uithangbord, zichtbaar geplaatst op het kraam of het voertuig, indien hij de activiteit aan het kraam of het voertuig uitoefent. Het bord moet eveneens door de aangestelden aangebracht worden wanneer deze alleen werken.

Het bord bevat volgende vermeldingen:
1. hetzij de naam, de voornaam van de persoon die een ambulante activiteit uitoefent als natuurlijk persoon voor eigen rekening of voor wiens rekening of in wiens dienst de activiteit wordt uitgeoefend; hetzij de naam, de voornaam van de persoon die het dagelijks bestuur binnen een rechtspersoon waarneemt of voor wiens rekening of in wiens dienst de activiteit wordt uitgeoefend;
2. de firmanaam en/of de benaming van de onderneming;
3. al naargelang het geval, de gemeente van haar maatschappelijke zetel of van de uitbatingzetel en indien de onderneming niet in België gelegen is, het land en de gemeente waar zich deze bevindt;
4. het inschrijvingsnummer in de Kruispuntbank van Ondernemingen (of een identificatie die deze vervangt, indien het om een buitenlands bedrijf gaat)

Afdeling 2.2. Ambulante activiteit op rondtrekkende wijze

Artikel 7. Toepassingsgebied (wet art 4 en 9)
Eenieder die op de openbare weg ambulante activiteiten wenst uit te oefenen, waarbij hij zich regelmatig verplaatst langs een traject met verschillende verkooppunten die hij voor bepaalde duur inneemt, dient dit voorafgaand aan te vragen bij de gemeente.

Artikel 8. Voorafgaande machtiging
8.1. Aanvraag machtiging (KB art. 43, gewijzigd door BVR)
Om een ambulante activiteit op de openbare weg uit te oefenen, zoals vermeld in artikel 7, moet voldaan zijn aan de voorwaarden vermeld in afdeling 1 artikel 2 en artikel 16 (cf. verplichte documenten) en dient men te beschikken over een machtiging. Deze machtiging dient voorafgaand aan het uitoefenen van de ambulante activiteit aangevraagd te worden bij de gemeente (contactgegevens vermelden).

8.2. Beslissing machtiging
In geval van positieve beslissing verkrijgt de aanvrager een machtiging met daarin vermeld :
- Identiteit van de aanvrager
- de aard van de producten of diensten die hij gemachtigd is te verkopen
- de datum en duur van de verkoop (wet art 6 : beperkingen mogen betrekking hebben op de uren van uitoefening van het geheel of van een gedeelte van de activiteit)

De gevraagde machtiging kan geweigerd worden omwille van één of meerdere van onderstaande redenen :
- redenen van openbare orde en veiligheid
- redenen van volksgezondheid
- bescherming van de consument
- wanneer de machtiging ambulante handel en bijbehorende documenten niet in orde zijn
- de modaliteiten van het gemeentelijk reglement niet gerespecteerd worden

De gemeente zal deze reden(-en) objectief en grondig motiveren in zijn kennisgeving van de negatieve beslissing aan de aanvrager en verwijst tevens naar rechtsmiddelen inzake beroep.

8.3. Beperkingen
De activiteiten aangeduid in artikel 7 mogen ook niet plaatsvinden voor langer dan 30 minuten op eenzelfde verkooppunt.
De activiteiten aangeduid in artikel 7 mogen, op schooldagen, niet plaatsvinden in een straal van 50 meter rond de in- en uitgang van een school en dit vanaf 30 minuten voor tot en met 15 minuten na het begin en het einde van de lessen en tussen 12.00 en 13.30 uur.

AFDELING 3: VERKOPEN VAN PRODUCTEN OF DIENSTEN MET NIET-COMMERCIEEL KARAKTER

Artikel 1. Specifieke voorwaarden voor verkopen met niet-commercieel karakter (KB art 7, gewijzigd door BVR)
De producten of diensten met een niet-commercieel karakter verkopen, te koop aanbieden of uitstallen is niet onderworpen aan de bepalingen van de wet indien deze activiteiten aan al de volgende voorwaarden voldoen (KB Art. 7 §1):
1° ze vinden plaats met één van volgende doelen
- menslievend doel,
- sociaal doel,
- cultureel doel,
- educatief doel,
- sportief doel
- de verdediging en promotie van de natuur,
- de verdediging en promotie van de dierenwereld,
- de verdediging en promotie van een ambacht
- de verdediging en promotie van streekproducten,
- steun bij een humanitaire catastrofe,
- steun bij een ramp of belangrijke schade;
2° ze vinden occasioneel plaats, met name niet met vooraf bepaalde regelmaat;
3° het college van burgemeester en schepenen heeft vooraf toestemming verleend;
4° als ze de grenzen van de gemeente overschrijdt en geen bijkomende toelating van de gemeente vereist is, dan heeft de organisatie een voorafgaande toelating gevraagd aan de Minister of de personeelsleden aan wie hij deze bevoegdheid heeft gedelegeerd.
De voorwaarde vermeld in het eerste lid, 3°, geldt niet ingeval toepassing wordt gemaakt van het eerste lid, 4°.

Artikel 2. Identificatievereiste
Tijdens de verkoop, te-koop-aanbieding of uitstalling met het oog op de verkoop van producten of diensten voor een niet-commercieel doel zoals vermeld in afdeling 3 artikel 1, is elke verkoper herkenbaar via een kenmerk dat het mogelijk maakt om de operatie te identificeren.

Artikel 3. Aanvraag voorafgaande machtiging (KB art 7 §2 en 3, gewijzigd door BVR).
De aanvraag van een toestemming is afhankelijk van de situatie, gericht aan het college van burgemeester en schepenen of aan de Minister of aan de personeelsleden aan wie hij die bevoegdheid heeft gedelegeerd, op een duurzame drager tegen ontvangstbewijs.

De aanvraag omvat :
- de verantwoordelijke van de actie,
- het doel van de actie,
- de plaats of plaatsen,
- de periode of periodes van verkoop,
- de te koop aangeboden producten of diensten en een schatting van de hoeveelheid.

De toestemming, is beperkt tot één jaar. Ze is hernieuwbaar. Ze bevat de vermeldingen uit de aanvraag.

Artikel 4. Weigering en intrekking machtiging
De toestemming kan geweigerd worden en de actie kan verboden worden als de doelstelling niet overeenstemt met de toegestane doelen of als de voorgestelde verkopen een risico vormen voor de openbare orde, veiligheid, gezondheid of rust.

Als de overheid die ervoor bevoegd is de toestemming te verlenen, argwaan heeft over de reële doelstellingen van de actie of over de moraliteit van de verantwoordelijke(n), kan ze een voorafgaand onderzoek laten uitvoeren door de personen, vermeld in artikel 11, §1, van de wet, en artikel 45 van Koninklijk Besluit. Ze kan ook van een of meer verantwoordelijken eisen dat ze een uittreksel uit het strafregister voorleggen.

De toestemming, vermeld in afdeling 3 artikel 1, eerste lid, 3° of 4°, kan ingetrokken worden of de actie kan verboden worden, tijdens de manifestatie, door de bevoegde overheid als vastgesteld wordt dat de voorwaarden van de toestemming of van de verklaring of de voorschriften, vermeld in dit artikel, niet worden nageleefd.
Iedere nieuwe actie kan verboden worden voor een natuurlijke of rechtspersoon of een vereniging die de bepalingen van dit artikel niet naleeft, gedurende een periode van één jaar vanaf de vaststelling van de niet-naleving. In geval van recidive kan de duur van de voormelde periode op drie jaar worden gebracht.

De weigering, het verbod of de intrekking wordt betekend:
- met een aangetekende brief tegen ontvangstbewijs
- of op een duurzame drager tegen ontvangstbewijs.

Artikel 5. Uitzonderingen
Erkende jeugdverenigingen die producten of diensten met een niet-commercieel karakter verkopen, te koop aanbieden of uitstallen in Waasmunster, worden vrijgesteld van de voorafgaande toestemming van het college van burgemeester en schepenen, vermeld in afdeling 3, artikel 1, eerste lid, 3°.

AFDELING 4: SLOTBEPALINGEN

Dit reglement heft het eerdere reglement van 27/09/2007 op en treedt in werking vanaf 1 mei 2022.
Bestaande toelatingen blijven geldig.